Zuid-West-Vlaamse industriële archeologie in de kijker

Redactie KW

De overheden moeten meer aandacht besteden aan de mogelijke herbestemming van hun industrieel erfgoed.

Dat zegt de Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie. Zuid-West-Vlaanderen heeft een rijk industrieel verleden. Maar leegstaande fabriekspanden worden maar al te vaak gesloopt. “Vroeger ging men panden hergebruiken tot ze versleten waren. Toen lagen de materiaalkosten hoger dan de arbeidskosten, maar dat is nu net andersom dus kiest men sneller voor nieuwbouw en afbraak”, zegt Adraan Linters van de Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie.

Voddenfabriek

Toch kennen Noord-Frankrijk en Zuid-West-Vlaanderen een relatief lange traditie van het herbestemmen van oude bedrijfsgebouwen. Zoals de voormalige voddenfabriek in Ingelmunster uit 1922. Ruim twintig jaar lang werden textielvezels er aangevoerd en verwerkt en na de tweede wereldoorlog was het een feestzaal. Sinds 1958 is het een volwaardige kerk. “Het is het oudste voorbeeld van herbestemming dat wij in de regio gevonden hebben. Daarnaast is het ook het enige fabriekspand dat tot een kerk is omgevormd”, zegt Linters.

Métamorphoses

Een fabriekspand als kerk herbestemmen mag vandaag dan uitgesloten zijn, de mogelijkheden zijn legio. Getuige daarvan de reconversie van de oude site van Picanol in Ieper bijvoorbeeld en de nevenbestemmingen van brouwerij Rodenbach in Roeselare. Samen met Noord-Franse projecten zijn die voorbeelden opgenomen in het pas verschenen boek “Métamorphoses” dat verkrijgbaar is bij de Vlaamse Vereniging voor Industriële archeologie.

(A.D.)

Meer vanavond in het nieuws op WTV vanaf 18u00

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier