Wannes Cappelle van Het Zesde Metaal: “Ik had pech dat Flip Kowlier er al was”

Redactie KW

Wannes Cappelle, frontman van Het Zesde Metaal, staat de komende maanden solo op de theaterpodia onder de noemer ‘Zonder Niemand’. Krant van West-Vlaanderen zocht hem op.

Intussen woont de Wevelgemnaar in Antwerpen, met zijn vrouw en hun twee kindjes. Daar vertelt hij aan Krant van West-Vlaanderen hoe moeilijk het begin voor hem als artiest was. “Ik heb van in het begin achter de feiten aangehold, in die zin dat er al een West-Vlaming wás die in zijn eigen taal zong: Flip Kowlier. Op school hebben ze het mij altijd gezegd: ‘we vinden het goed wat je doet, maar je bent te laat’. Terwijl ik zelf besefte dat ik iets ánders deed, ik bén geen tweede Flip Kowlier. We zingen in dezelfde taal, maar ik heb iets anders te zeggen, en er zijn miljoenen groepen die in het Engels zingen.”

Twee shows voor zestig man

En dat frustreerde hem wel, geef hij toe. “Maar ik dacht: zeggen jullie maar, ik doe voort en je zult wel zien… Maar natuurlijk: als je dan een eerste plaat uitbrengt en die is maar een heel schamel succesje, dan doet dat wel zeer. Want dan denk je: heb ik het nu toch misschien verkeerd voor? Na dat debuutalbum Akattemets wilden we een theatertournee doen. We verkochten twéé shows, voor telkens zestig man. In een cultureel centrum lijkt dat een lege zaal, hé. Da’s frustrerend, en het heeft veel te maken met de media. Als je die niet mee hebt, kan je het schudden.”

Een uitgebreid interview met Wannes Cappelle lees je deze week in Krant van West-Vlaanderen. De première van ‘Zonder Niemand’ vindt op vrijdag 13 september plaats in De Grote Post in Oostende.

(FJA)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier