Winteropvangcentra West-Vlaanderen lopen vol

© bron meteoservices.be
Redactie KW

Door de koude dagen en vooral nachten zijn het geen aangename tijden voor de daklozen in West-Vlaanderen. De opvangcentra lopen dan ook vol, maar daklozen worden met open armen ontvangen. “Iedereen is welkom, als ze akkoord gaan met de regels van het huis”, zegt Melissa Alaimo van OCMW Roeselare.

In het OCMW in Roeselare hebben ze voorlopig nog geen mensen terug de straat moeten opsturen. “Wij hebben weet van een vijftien tot twintig daklozen in Roeselare. Voorlopig halen wij een bezettingsgraad van gemiddeld acht personen terwijl wij tien bedden ter beschikking hebben”, zegt Melissa Alaimo van het OCMW Roeselare. “We verwachten wel dat we de komende dagen een volledige bezettingsgraad zullen bereiken. Daklozen kunnen zich van 19u30 tot 20 uur aanmelden in een woning in de Noordlaan. Als we nog plaats hebben, kunnen ze hier overnachten. Ze kunnen soep en boterhammen eten en een douche nemen.” Iedereen is welkom, dus ook illegalen, maar ze moeten wel akkoord gaan met de regels van het huis. “Wij hebben vijftien gouden regels en daar moeten ze zich aan houden. Als ze akkoord gaan met die regels mogen ze het logboek ondertekenen en kunnen ze die nacht blijven slapen”, verklaart Alaimo. Wel gaan ze bij het OCMW Roeselare nestelgedrag tegen. “Daklozen kunnen hier maximaal vijf op acht nachten blijven. Dit om aan te tonen dat het wel degelijk tijden van crisis zijn en wij ook geen structurele oplossing bieden”, besluit Melissa Alaimo.

“In de winter maken we een uitzondering voor illegalen”

Ook OCMW Brugge heeft zich voorbereid op de koude nachten. “Doorheen het jaar hebben wij tien bedden maar in de winter breiden wij onze capaciteit uit naar achttien bedden”, zegt Annelies Van Hollebeke van OCMW Brugge. “Het is voor ons zeer moeilijk in te schatten hoeveel daklozen er in Brugge precies zijn omdat ze de ene dag hier zitten, maar de andere dag naar een andere stad gaan. Het is dus quasi onmogelijk om daar nauwkeurige cijfers over te geven.” Normaal laten ze in het jaar niet iedereen toe. “Illegalen zijn bij ons doorheen het jaar niet welkom, maar tijdens de winter maken we daar een uitzondering op”, verklaart Van Hollebeke. Personen die willen overnachten kunnen zich telefonisch registreren en mogen zich ‘s avonds aanmelden tussen kwart voor zeven en kwart voor acht. Eenmaal de volledige bezettingsgraad is bereikt, komen personen die te laat registreerden op een wachtlijst terecht. “Daklozen kunnen bij ons gebruik maken van het bed-bad-broodprincipe. Ze krijgen een kom soep met boterhammen en kunnen een douche nemen.” Hoewel OCMW Brugge ook nesteling wil vermijden door daklozen maximaal vijf nachten op acht toe te laten, doen ze dat in de winter niet. “Doorheen het jaar is er een limiet op het aantal overnachtingen, maar in de winter laten we dat achterwege”, besluit Annelies Van Hollebeke.

Winteropvangcentra West-Vlaanderen lopen vol

De problematiek van daklozen beperkt zich niet tot Brussel.
© belga

130 daklozen in Oostende

Oostende blijkt met heel wat meer daklozen dan de andere West-Vlaamse steden te kampen. “Wij hebben momenteel te kampen met een 130-tal daklozen”, zegt Tine Wyns, de persverantwoordelijke van het CAW in Oostende. “Dat komt vooral door heel veel huisuitzettingen”, legt Wyns uit. “Het zijn dan ook voornamelijk autochtone mensen die de groep van daklozen vormen. Bij allochtone mensen merk je veel vaker dat ze elkaar opvangen waardoor ze niet op straat belanden.” In Oostende hebben ze 69 plaatsen ter beschikking maar die zijn permanent bezet. “In de winter hebben we nog twintig extra bedden wanneer het noodwinterplan in werking gezet wordt, maar dat gebeurt enkel wanneer het zowel overdag als ‘s nachts vriest. Dat is voorlopig nog niet het geval”, zegt de persverantwoordelijke. “De mensen kunnen bij ons terecht voor soep, boterhammen en een douche. Na de overnachting dienen ze weer te vertrekken. Wanneer er te veel aanvragen zijn, wordt er geloot”, legt Tine Wyns uit. Bij CAW Zuid-West-Vlaanderen, onder andere verantwoordelijk voor Kortrijk, waren ze niet bereid om commentaar te geven bij het daklozenbeleid tijdens de koude winterdagen.

De laatste oplossing

Professor Koen Hermans, assistent-professor aan het Centrum voor Sociologisch Onderzoek aan de KU Leuven, voerde in januari 2014 onderzoek naar de dak- en thuislozen in Vlaanderen. Vlaanderen had in totaal 711 daklozen, waaronder 53 kinderen. In West-Vlaanderen telde hij 166 daklozen. “Toch moeten we die cijfers met een grote korrel zout nemen”, zegt Hermans. “Een winteropvangcentrum is meestal de laatste oplossing van een dakloze. Eerst proberen ze toch nog bij een vriend te overnachten of alsnog op straat te slapen. Alleen bij extreme kou beslissen ze naar een opvangcentrum te gaan. Daarbij krijgen mensen zonder papieren vaak niet makkelijk toegang, al wordt daar in de winter toch een uitzondering op gemaakt.” Bij de cijfers van januari 2014 voerde Oostende in West-Vlaanderen de lijst aan, met 95 daklozen. Kortrijk, Brugge en Roeselare volgen op ruime afstand, met respectievelijk 37, 20 en 14 daklozen. “Oostende sprong er uit, maar dat komt omdat het aanbod en de accommodatie gewoon groter is. Hoe meer ruimte er is, hoe meer mensen er gebruik van zullen maken.”

Preventie van uithuiszetting

Afgelopen jaar is er qua daklozen niet veel verbeterd, wel integendeel: “Volgens de signalen die ik heb opgevangen is de situatie verergerd. De opvangcentra lopen sneller vol en in bepaalde gevallen worden mensen geweigerd.” Toch wordt er voor een aparte aanpak gekozen in verband met het omgaan met daklozen. “Naast de daklozen heb je ook de mensen die dreigen uit huis gezet te worden, vaak omwille van een huurachterstand en via het vredegerecht. Nu wordt er vooral gefocust op het vermijden van uithuiszetting, in plaats van te focussen op de echte daklozen. Liesbeth Homans maakte onlangs nog ruim 300.000 euro vrij voor de preventie van de uithuiszetting”, besluit Koen Hermans.

(DS & BD/foto belga)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier