Met zijn allen op de rem

Jan Gheysen
Jan Gheysen Opiniërend hoofdredacteur

We vonden het oubollig, totaal voorbijgestreefd. En bovendien hekelden we de instanties – het ‘ouderlijk gezag’, de school, de Kerk – die ons de vastenregeling oplegden. Een ‘versterving’ doen, werd het vasten toen ook wel genoemd. Dat was niet alleen deugdzaam, het was ook gezond. Voor het lijf én voor het karakter. Zeiden ze ons. Alleen op zondag mochten we de 40-dagen-ellende even vergeten en konden we één van de opgepotte snoepjes proeven, rookten onze vaders een schamel sigaretje of een cigarillootje. Voor onze moeders had de zondag in die veertigdagentijd allicht een niet al te rijkelijk belegd gebakje in petto.

Wat Kerk en ouderlijk gezag niet langer kunnen afdwingen, daar slagen voedselgoeroe’s, gezondheidsmaniakken en andere hogepriesters van de nieuwe tijd in

Zodra de Kerk aan invloed inboette en de wereld vrijer, drukker, complexer en veelkleuriger werd, deemsterde de drang naar boetetijd weg. We hielden er ocharme alleen nog wat folklore – het halfvastencarnaval bijvoorbeeld – aan over.

Maar kijk, tijden veranderen en wat Kerk en ouderlijk gezag niet langer konden afdwingen, daar slaagden voedselgoeroe’s, gezondheidsmaniakken en andere hogepriesters van de nieuwe tijd in. Ons voedsel gaat op de bon – daar zorgen we zelf voor – en om onszelf en vooral ook de anderen te stimuleren, voeren we spelenderwijs– zeg maar met een appje meer – weer de sociale controle in.

En nu starten we dus met de grote… drooglegging. Een maand zonder alcohol. De grote Tournée Minérale. U hoort ons niet klagen: we ondersteunen elke actie waarbij alcohol geweerd wordt. We klagen er wel over hoe al die bekeerlingen van straks ons – die van oudsher alcohol mijden – de voorbije jaren onophoudelijk bestookten met voorstellen om mee te drinken. En hoe onze weigering steevast met een scheef oog werd bekeken en werd beschouwd als het fanatieke njet van een ex-alcoholicus. Maar dit terzijde.

Nee, we klagen niet. We stellen wel vast dat in tijden die doorgaan voor ‘hyper-individueel‘ meer en meer mensen alleen nog dingen van zichzelf gedaan krijgen als ze publiek én medestanders hebben. Studeren op een kamer lukt niet meer, we moeten met zijn allen in de bib, een zaal of de kerk. Rouwen doen we met marsen of in zalen, zelden nog in de beslotenheid van een huiskamer. En nu dus het nieuwe vasten: ook daar hebben we anderen voor nodig. Of dat echt een zegen is voor onze samenleving, daarover brengt de toekomst soelaas.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier