De nieuwe moestuintjes op Stadsgroen Ghellink in Bissegem werden heel recent plechtig ingehuldigd. De twintig moestuintjes zelf zijn al een tijdje in gebruik.
Begin vorig jaar bleek uit een burgerparticipatieproject dat er een grote vraag was naar een mogelijkheid om samen te tuinieren in de groene long van Bissegem. Daarom werd een nieuwe moestuin gerealiseerd in Stadsgroen Ghellinck, achter hoeve ‘t Armengoed waar vroeger ook aan landbouw werd gedaan.
De nieuwe buurtmoestuin telt twintig moestuinbakken, met een oppervlakte van 15 of 30 vierkante meter. Deze werden in een mum van tijd in gebruik genomen door bewoners uit de buurt. “Het verschil met de traditionele volkstuintjes is dat een buurtmoestuin zich richt tot het gemeenschappelijk verbouwen van de grond”, vertelt schepen van Leefmilieu Bert Herrewyn (sp.a). De omwonenden verbouwen samen groenten en fruit en maken afspraken om de oogst tot een goed einde te brengen. “Het is eenontmoetingsplaats waar gemeenschapsvorming gestimuleerd wordt”.
Een ‘moestuinkas’
De gronden waar de buurtmoestuin gerealiseerd werd, worden in de eerste vijf jaar niet gebruikt. “Een deel ervan wordt ontwikkeld maar we weten nog niet precies hoe ver de woonontwikkeling komt. In die tijd kunnen we de gronden dus wel nuttig gebruiken en wie weet kan het zelfs langer.”
“In de buurtmoestuin verbouwen de omwonenden samen groenten en fruit. Het is een ontmoetingsplaats waar gemeenschapsvorming gestimuleerd wordt.” – schepen van Leefmilieu, Bert Herrewyn
De gebruikers betalen geen huur aan de stad, maar leveren een bijdrage aan de ‘moestuinkas’. Daarmee kunnen de verantwoordelijken gemeenschappelijk materiaal aankopen. Elektriciteit, water en compost wordt gezamenlijk gebruikt.
Tuinieren in de stad
In stad Kortrijk zijn er naast de buurtmoestuin op Stadsgroen Ghellinck in Bissegem, momenteel al verschillende moestuinen in Kortrijk, Heule, Marke en Bellegem. De coördinatie van de verschillende initiatieven gebeurt via een overlegplatform ‘Tuinieren in de stad’, waar alle trekkers van de projecten hun ideeën en noden kunnen aanbrengen. “Dit schept ook de mogelijkheid om onderling kennis en materiaal uit te wisselen en om geïnteresseerde tuiniers hun weg te laten vinden naar hun lokale buurtmoestuin”, besluit schepen Herrewyn.
(EDB – foto EDB)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier