Een Nederlander die zich in de Brugse rechtbank moet verantwoorden voor de invoer van 165 gram cannabis beweerde dat de drugs bestemd waren voor het ‘rouwfeestje’ na de begrafenis van zijn tante.
Rhandall B. (24) en medebeklaagde Johannes B. (25) werden op 10 januari vorig jaar staande gehouden bij een politiecontrole op de autosnelweg in Oostkamp. In hun wagen trof de politie 165 gram cannabis en een grote som geld aan. De drugs zaten verborgen in een pak hondenvoer.
Rhandall B. had hier een bijzonder originele uitleg voor. “We waren op weg naar de begrafenis van mijn tante in Roeselare“, stelde de Surinamer. “Na de dienst hadden we een rouwfeestje gepland om herinneringen aan haar op te halen. In onze cultuur is het gebruikelijk om daar cannabis bij te roken. Omdat mijn maat tijdens het rijden niet high zou raken door de cannabisdampen heb ik de drugs in die zak hondenvoer weggestopt. Het geld was voor de repatriëring van mijn tante.”
Het openbaar ministerie noemde die uitleg nonsens en stelde dat de twee overduidelijk drugskoeriers zijn die op toer waren om cannabis te leveren op verschillende plaatsen. Hij eiste achttien maanden cel voor allebei. Ook de rechter geloofde duidelijk geen snars van het verhaal. Johannes B. stelde dat hij niets afwist van de drugs en dat Rhandall B. hem iets had wijsgemaakt om mee te kunnen rijden in zijn wagen. De uitspraak volgt op 22 februari.
(AFr)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier