Filmstudent Zaur uit Oostende vertelt over zijn ervaringen in de Filipijnen

Oostende camera man bezoekt zijn oude school: Zaur Foto BP
Redactie KW

Eind 2017 vertrok filmstudent en oud-leerling van het Koninklijk Atheneum Centrum Oostende Zaur Kourazov (23) samen met een journalist naar de Filipijnen om voor het Eén-programma De Nomaden een reportage te maken over de strijd tegen IS in de stad Marawi. Geconfronteerd met zijn eigen verleden als Tsjetsjeense vluchteling, en met de harde realiteit van zowel oorlog als journalistiek, kwam Zaur terug thuis met een schat unieke ervaringen en interessante inzichten om te delen met de leerlingen van 5 en 6 HWE, in de school waar hij vijf jaar les liep.

Bij vertrek ging Zaur ervan uit dat hij een reportage zou maken met aandacht voor de mens achter de vluchteling. “Ik dacht aanvankelijk dat de eerste opzet van onze documentaire human interest was”, aldus Zaur. “Mijn ervaring bleek al snel het tegenovergestelde. Ik kreeg ter plekke meteen het gevoel in de rol van ‘Westerse redder’ te worden geduwd, wat me totaal niet ligt, niet als mens, maar ook niet als kunstenaar. Ik voelde me schuldig over die geforceerde positie van redder, een soort van held die de mensen daar eens een stem ging geven.”

Opluchting

Ook de job uitoefenen waarvoor hij naar Marawi was afgereisd, bleek niet helemaal van een leien dakje te verlopen.

“Ik werd er verplicht om mijn camera te richten op vluchtelingen, mensen die ontheemd waren. Op zo’n moment reduceer ik hen tot slechts een oppervlakte van hun bestaan, wat enkel het meest oppervlakkige beeld oplevert”, zegt Zaur. “Ik heb dan beslist om mijn camera uit handen te geven, om de mensen daar te leren hoe ze met een camera moeten werken. Het was interessant om te zien waar zij naar kijken. En hoe kinderen zich van oorlog helemaal niets aantrekken bijvoorbeeld. Eigenlijk wilde ik gewoon twee weken bij die mensen slapen, en met hen praten over het leven, over algemene zaken. Maar dat kon niet.”

“Ik voelde me schuldig over die geforceerde positie van redder”

Gelukkig hielp ook het lot Zaur een handje. “Toen we na de eerste draaidag in het vluchtelingenkamp terug in onze verblijfplaats aankwamen, merkte ik dat ik al mijn gemaakte beelden was kwijtgeraakt. En toen we enkele dagen terugkwamen van een hele dag filmen in het plat gebombardeerde centrum van de stad Marawi, bleek me hetzelfde nogmaals overkomen. Onder normale omstandigheden zou ik er kapot van geweest zijn tot tweemaal toe alles te verliezen. Maar nu deed het me niets. Het voelde eerder aan als een opluchting. Dat was voor mij een bevestiging van mijn slechte gevoel dat ik had tijdens het maken van die beelden. Een slecht gevoel dat ik trouwens niet meteen ben kwijtgespeeld eens terug in België. Mentaal zowel als lichamelijk ik ben thuisgekomen met een bacteriële darminfectie heb ik zwaar afgezien. Ik ben in korte tijd zeven kilo afgevallen.”

Silhouetten

Zaur vluchtte achttien jaar geleden zelf met zijn familie vanuit Tsjetsjenië naar België. Dat heeft zijn denken, en zeker ook zijn manier van filmen, in grote mate beïnvloedt. “Ik herken zelf heel wat van de ervaringen die ik als kind heb gehad, invloed hebben op mijn filmtaal. Ik hou er bijvoorbeeld erg van om met weinig licht te filmen, en ben gefascineerd door silhouetten. Dat komt volgens mij door wat ik als vier- vijfjarige heb meegemaakt, toen we vaak de lichten moesten uitdoen om niet verrast te worden door snipers. Ik herinner me een anekdote waarbij we met de hele familie in het donker de adem inhielden wanneer een konvooi ons huis voorbijreed. Het licht van de koplampen tekende bewegende schaduwen op de muur, waarop mijn oma half grappend en volledig fluisterend zei: ‘Wees stil, we kijken naar een film!’ En kijk, achttien jaar later studeer ik film.” (Jan Goeminne)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier