Een laatste keer in De Kapelle in Wevelgem: “Hier werd echt gevierd, gedanst en… gedronken”

Het legendarisch café De Mythe gaat tegen de vlakte. We zien ex-uitbaters Dorine Debal, Filiep Vanwolleghem en Denise Clicque. (Foto MPM)
Stefaan Lernout

De VIP Bar, De Oude Mythe, De Mythe, De Kapelle… het café op de hoek van de Moorsele- en Menenstraat heeft een rijke geschiedenis. Het verval was al een tijdje ingezet en nu is het rijp voor de afbraak. Met drie vroegere uitbaters Denise, Dorine en Filiep vullen we er nog eenmaal het glas en klinken we op de sloop van het café waar ze als twintigers achter de toog stonden.

Wanneer ik de knellende voordeur eindelijk open krijg, word ik meteen getrakteerd op een muffe geur. Hoe oogt en ruikt een café dat al een paar jaar leegstaat? Als Vanzelf denk ik aan “Adieu Café” van Herman Van Veen: “Met een lage zoldering en geen wc voor dames apart…”. Sinds 2004 was het café één van de talrijke bars langs de Chaussée d’Amour. Een verloren fles champagne is alles wat overblijft van het vroegere bordeel. De laatste uitbaters zijn er niet bij op dit afscheid, maar wel drie anderen die de geschiedenis van het café mee hebben gekleurd.

Banecafé

Denise Clicque (78) is de eerste die over de stapel oude kranten naar binnen klautert. Ze hield De Kapelle open tussen 1962 en 1966. Onmiddellijk komen de herinneringen en ziet ze haar kleine Gino zitten op de zulle. “Hij durfde al eens de klakskes uit te drinken”, lacht ze. “Indertijd had ik een café in Ledegem centrum, maar dat draaide enkel op zaterdag en zondag. Ik wou een banecafé, want daar passeert altijd veel volk. Mijn man, Germain Clicque, had gehoord dat De Kapelle vrij was. Vanaf dag één heb ik me hier thuis gevoeld.”

Een laatste keer in De Kapelle in Wevelgem:

De volgende die nieuwsgierig binnen komt kijken is Dorine Debal (57). Ze was bazin tussen 1986 en 1989. Ze staat nog steeds achter de toog, maar wel die van de Standaard Boekhandel in Kuurne. “Wij woonden aan zee, waar ik een tijdje in een tearoom werkte”, vertelt Dorine. “Ik was het gewoon om in de horeca te werken, maar een café runnen bleek toch nog wel even anders. Ik heb me hier altijd geamuseerd. Achteraf bekeken was het nog gezelliger geweest als mijn klanten wat jonger waren geweest.”

Als laatste van het gezelschap komt Filiep Vanwolleghem (51) binnen. Wellicht stond hij er het langst achter de toog, van 1994 tot 2004. Zijn voorganger herdoopte café De Kapelle tot De Mythe, nu baat Filiep café De Alfa uit.

Johan Verminnen

Het eerste wat de drie doen is nieuwsgierig rondneuzen. De dames zijn verbaasd over de veranderingen en over de kakafonie aan kleuren in de VIP Bar. “Er is niets dat bij elkaar past”, lacht Dorine. Denise springt achter de toog en schenkt de glazen vol. Ze is het nog niet verleerd. De herinneringen komen vanzelf: “Ik stond hier vaak te kaarten met de klanten, meestal snelbieden. Op een dag deed ik niets anders dan verliezen en opeens had ik het door: ze zagen mijn kaarten in de spiegel achter mij.”

Een laatste keer in De Kapelle in Wevelgem:

Filiep verzamelde zes albums met fotomateriaal. “Hier staan veel bezwarende stukken in”, knipoogt hij. “Het is eigenlijk ongelooflijk dat ik in zo’n klein café optredens van onder meer Johan Verminnen, Jean Bosco Safari en Raymond van het Groenewoud heb georganiseerd.”

“Wij organiseerden geen optredens, maar er werd hier wat afgedanst”, getuigt Dorine. “We legden Het werd zomer op van Rob De Nijs en het was gang.”

Met een nieuwe uitbater kreeg het café ook steeds een andere invulling. “Er werd vooral veel gekaart en we hadden een biljart”, vertelt Denise. “Hier een biljart?” Verbaasde blikken bij Dorine en Filiep. “Jazeker, de toog was wel heel wat kleiner.”

Een laatste keer in De Kapelle in Wevelgem:

Een laatste keer in De Kapelle in Wevelgem:

“Wij hadden een bloeiende dartsclub en verschillende voetbalteams”, weet Dorine. “En één van de grootste vinkenzettingen van het land! Bij ons kregen de winnaars een beker, iets wat in die tijd heel uitzonderlijk was.” “Er werden veel pinten gedronken”, zegt Denise. “En gevochten, ik heb er meermaals moeten tussen springen. Tegen een vrouw durfden ze hun hand niet op te heffen.”

Grensarbeiders

Alle drie zijn ze het erover eens. Er werd vroeger heel wat afgedronken. Hoe langer geleden, hoe meer. En ‘glaasje op, laat je rijden’ was nog niets meer dan een spreuk boven de haard, zo blijkt. Denise: “Dagelijks stopten de camionchauffeurs. De postbode, de politie, de mannen van de gemeente: allen kwamen ze binnen voor een glas of twee. In mijn beginperiode stopten hier nog autobussen met grensarbeiders. En dagelijks het volk dat in het vlas bij Douchy werkte. ‘s Middags en ‘s avonds kwamen ze binnen om op een drafje telkens twee grote Stella’s te drinken. Het café draaide goed, maar ik kon het alleen wel aan. Behalve op zondag, dan was het een echte processie van de Platse naar het voetbal. Eén stroom van mensen die onderweg in de cafés stopten.”

Een laatste keer in De Kapelle in Wevelgem:

“Ook op zondagmorgen was het prijs”, vult Filiep aan. “Zoals zoveel cafés was De Kapelle gelegen op een hoek. De mensen kwamen op zondagvoormiddag terug gewandeld van de kerk. Sommigen moesten verder wandelen richting Posthoorn, anderen moesten rechtsaf naar de Kruishoek. En hier dronken ze nog een afscheidspintje. Hoe verder ze woonden, hoe meer pintjes ze dronken.”

Filiep is de enige die nu nog een café heeft en hij heeft vooral de laatste vijf jaar veel zien veranderen. “Als café zijn we niet in één klap afgemaakt, maar dat gebeurde wel geleidelijk aan. Er was de invoering van de euro en sinds een aantal jaar de perceptie dat het niet hoort om een glas te drinken. Vroeger had je nog de handelsreizigers die stopten voor een pint, nu kan je het als zelfstandige niet meer maken dat je bestelwagen aan een café staat. Al zit je binnen gewoon een koffie te drinken.”

Een laatste keer in De Kapelle in Wevelgem:

Surprise ei

Het café heeft zijn dienst gedaan. Hoe oud het precies is, wist geen van de drie te vertellen. Wel dat Marie Catteeuw (88) hier in 1951 al woonde met haar moeder, weet Denise. Het is al langer dan vandaag in een slechte staat. “Wanneer het hard waaide, vielen de steenbrokken naar beneden”, getuigt Dorine. Maar allen hebben ze prima herinneringen aan hun passage in De Kapelle. “Te veel om op te noemen”, zeg Filiep. “Zoals op zondagavond. De laatste tooghangers gingen niet naar huis voor de bakker hier tegenover opendeed. Ze bestelden nog iets en een iemand ging voor iedereen bij de bakker een surprise ei kopen. Wie het laatste zijn manneke, bootje of puzzeltje af had, moest het laatste traktaat betalen. Schitterend toch!”

De vermolmde deur trekken we moeizaam achter ons dicht, het sloopwerk kan beginnen denk ik bij mezelf, terwijl Herman Van Veen neuriet: “Ja, die caféetjes gaan eraan.”

(Foto’s Maxime Petit)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier