Donald Desot uit Hooglede heeft zijn eigen koetsenmuseum

Donald poseert bij een van zijn zelf gerestaureerde koetsen. © (Foto JT)
Redactie KW

Donald Desot en Ida Vandycke zijn helemaal weg van koetsen. Al 43 jaar lang herstellen ze koetsen en zetten deze ook op. Een aantal jaren geleden besloten ze om al hun pronkstukken aan het grote publiek te tonen in hun eigen fraai koetsenmuseum.

Donald Desot (73) en Ida Vandycke (72) wonen in de Wulfhoekstraat. Hun drie kinderen heten Yves, Chantal en Saskia. De passie voor koetsen kwam er bij toeval. “Ik werkte in de carrosserie van personenwagens en vrachtwagens,” keert Donald even terug in de tijd. “Ik moest naar een klant voor de herstelling van een vrachtwagen. Toen ik daar aankwam werd me gevraagd om even te wachten. Het was mooi weer en ik besloot om buiten in het zonnetje de tijd te doden. Ik liep er wat op het domein rond en werd wat nieuwsgierig naar wat er zich daar allemaal bevond. Opeens zag ik daar twee hele mooie koetsen staan. Ik was op slag verkocht. Ik heb ze onmiddellijk van de eigenaar overgekocht en over de vrachtwagen werd er niet meer gesproken.”

Donald herstelde de koets en heeft er vervolgens ook heel wat tochtjes mee gemaakt. Via via raakte hij aan een aantal andere koetsen en zo ging de bal aan het rollen. Donald was ook betrokken bij de oprichting van de club Phaeton. “Phaeton is een type van een koets,” verduidelijkt Donald.

“Op ons hoogtepunt hadden we wel honderd leden in onze club. We organiseerden wandelingen en hielden ook wedstrijden met prijzen voor de mooist gerestaureerde koets. Zonder te willen stoefen, maar we vielen altijd in de prijzen. We zijn wellicht nooit uit de top drie geweest. Veel mensen waren onder de indruk van de mooie restauraties en vroegen ons dan ook waar we dat hadden laten doen. Toen ik vertelde dat we alles volledig zelf deden, kregen we er heel wat werk bij. Mond-tot-mondreclame is nog altijd de beste methode om aan werk te geraken.”

Het idee om al zijn werk te verzamelen in een museum was nog niet in Donalds gedachten opgekomen. Ook hier speelde het toeval alweer een belangrijke rol.

Uitbreiden is moeilijk

“Een aantal jaren geleden werd in onze gemeente De Nacht van het Museum georganiseerd. Ik kreeg vanuit de gemeente de vraag om die dag eenmalig mijn deuren open te zetten, zodat de mensen mijn werkwijze en koetsen eens konden bekijken. Het was een enorm succes, met in totaal zowat 400 bezoekers die dag. Veel mensen zeiden: je moet dat blijven openhouden!”

Zo geschiedde en inmiddels staan er meer dan veertig koetsen in het museum, terwijl Donald nog steeds verder werkt om koetsen te restaureren. Tussen al die koetsen staan er heel wat pareltjes, maar er de mooiste uithalen is voor Donald moeilijk. “Elke koets heeft zijn eigen verhaal. Het is moeilijk om daaruit de mooiste of meest speciale te kiezen. Ik zie ze allemaal even graag. Af en toe komt het wel eens voor dat iemand me vraagt om een koets te kopen, maar daar doe ik niet aan mee. Die koetsen zijn net als mijn eigen kinderen, ik kan daar geen afscheid van nemen.”

“Koetsen zijn als mijn eigen kinderen, ik kan er geen afscheid van nemen”

Donald werkt nog dagelijks ijverig verder in zijn atelier maar stilaan komen er praktische problemen bij kijken. “Het museum staat momenteel al goed vol. Ik zou graag uitbreiden, maar dat is moeilijk haalbaar. Op mijn leeftijd is het wellicht ook niet meer verstandig om nog een heel stuk bij te bouwen. Alle stukken die in het museum staan heb ik volledig zelf gerestaureerd. Aan sommige koetsen is er wel een jaar werk. Mijn vrouw doet telkens de bekleding van de koets. Alle koetsen worden niet meer gebruikt om mee te rijden, maar zijn wel rijklaar.”

Volgens de etiquette

Af en toe gaan Donald en Ida nog wel eens mee met een koets, daarbij is etiquette heel erg belangrijk. “Handschoenen en een hoofddeksel zijn verplicht, de mannen moeten ook een das dragen. De kledij moet ook aangepast zijn aan het interieur van de koets. Ik kan er me geweldig aan storen als je mensen ziet in jeans en T-shirt in een koets, vaak terwijl ze op hun gsm aan het tokkelen zijn,” vertelt een zichtbaar opgewonden Donald. Zelf raakt hij maar niet uitgekeken op zijn koetsen. “Het gebeurt vaak dat ik me op zondagvoormiddag een half uurtje in mijn eigen museum zet en geniet van het uitzicht. Er zijn in België nog een paar koetsenmusea, maar ik ben de enige met een atelier bij. De rondleiding start altijd in mijn werkplaats. Daar is er een afdeling ijzerbewerking met een smidsevuur. Verder is er ook nog een afdeling houtbewerking en een afdeling voor het schilderen. In de laatste afdeling wordt de bekleding onder handen genomen,” besluit Donald.

Wie graag het museum wil bezichtigen, kan contact opnemen met Donald Desot op 051 70 00 72 of via desot.donald.koetsen@gmail.com. Een rondleiding duurt anderhalf uur en het minimum aantal is acht personen. Meer info op www.koetsenmuseum.be.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier