In zijn 1 mei-toespraak had Brugs burgemeester Renaat Landuyt (sp.a) geen goed woord over voor de federale en Vlaamse regering die hij verweet de welvaartsstaat af te bouwen door de koopkracht te verminderen. “Wij willen de garantie zijn dat Brugge een sociale stad blijft.”
Vanop een podium op een zonovergoten Burg in Brugge sprak burgemeester Renaat Landuyt (sp.a) zijn 1 mei-toespraak uit. Hierbij werd hij geflankeerd door de Brugse sp.a-schepenen Mieke Hoste, Annick Lambrecht en Philip Pierins;. Ook André Van Nieuwkerke, voorzitter van de Brugse gemeenteraad, en andere prominenten van de plaatselijke socialistische familie waren aanwezig.
In zijn toespraak had een bijzonder strijdbare en bij momenten giftige Landuyt zowel oog voor de federale en Vlaamse politieke situatie alsook die in Brugge. “Niet de levensomstandigheden zijn het criterium, maar de cijfers van zij die beleggen in Panama”, tackelde Landuyt. “Jullie moeten eens praten met de militanten van de blauwe en groene vakbond en vragen of ze tevreden zijn met hun politieke vertegenwoordigers en ministers. De koopkracht daalt. Elektriciteit is een luxeproduct geworden. We gingen voor een sterker Vlaanderen, maar dit Vlaanderen werkt vooral voor zij die sterk genoeg zijn. Wie ongeluk heeft in zijn of haar leven, heeft het aan zichzelf te wijten. Dat willen de federale en Vlaamse regering jullie doen geloven.”
“Brugge blijft een sociale stad”
Landuyt ging ook in op de Brugse actualiteit. “Het schijnt dat de kinderen hier niet meer op school geraken, het schijnt dat je uw kaas en brood niet meer kunt halen naar de winkel. Allemaal door die socialisten in het bestuur. De anderen liggen op de loer om ook hier een heleboel zaken te veranderen. Hebben wij in Brugge wel een OCMW, een groot ziekenhuis en omvangrijke zorginstellingen nodig? Wij willen de garantie zijn dat Brugge een sociale stad blijft. Daarom moeten we aan de kant van de mensen blijven staan”, aldus nog Landuyt.
(svv)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier