Jean-Marie Dedecker wacht af, maar ziet gat in de markt

Jean-Marie Dedecker: "Ik krijg heel veel vragen om te gaan spreken en om nieuwe LDD-afdelingen op te richten." © HH
Hannes Hosten

Jean-Marie Dedecker weet nog niet of er in 2019 een grote comeback komt voor Lijst Dedecker. “Ik wacht eerst de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 af en zie dan of er een gat in de markt is.” Toch blijkt er wel degelijk weer interesse in Lijst Dedecker.

Een terugkeer van Lijst Dedecker, dat bij de parlementsverkiezingen van 2014 de kiesdrempel niet haalde, is aan de orde door een interview van De Tijd met ondernemer Ivan Sabbe, die jarenlang Vlaams Parlementslid was voor Lijst Dedecker. Ivan Sabbe verkocht zijn horecagroothandel ISPC en liet in de marge weten dat hij ook weer goesting heeft in politiek. Maar Jean-Marie Dedecker zelf loopt nog niet te hard van stapel.

“Mijn standpunt is en blijft hetzelfde”, zegt de Middelkerkse oppositieleider. “Ik wacht de gemeenteraadsverkiezingen van 2018 af en zie dan of er een gat in de markt is voor de parlementsverkiezingen van 2019. Ik stel wel vast dat er heel veel interesse is. Ik krijg heel veel vragen om te gaan spreken en er zijn ook vragen om nieuwe afdelingen van LDD op te richten. Ik denk dus wel dat er een gat in de markt is. Er is veel ontgoocheling in N-VA.”

“Regelneverij”

“De kracht van verandering is de kracht van verankering geworden”, vindt Jean-Marie Dedecker. “De N-VA doet heel weinig, behalve het migratiebeleid, waar ze met minister Jan Jambon en staatssecretaris Theo Francken sterke krachten hebben. Maar voor de rest levert de N-VA niet wat ze beloofd heeft. En dan die regelneverij! Door Ben Weyts mogen we maar 70 km per uur meer rijden op gewestwegen en Elke Sleurs wil de bloemenmeisjes na de koers afschaffen. Dat begint de mensen de botten uit te hangen.”

“Mensen vinden het anderzijds een brug te ver om weer voor het Vlaams Belang te gaan stemmen en Open VLD is compleet ongeloofwaardig. Toch blijf ik nog even afwachten. Ik ben niet van plan om nu al in het schietkraam te gaan staan. Ik zit goed in mijn vel en zie wel wat er gebeurt. En ik heb een lieve echtgenote die me liever hier thuis ziet dan in Brussel. Hier in Middelkerke is nog genoeg werk. Ik voel me goed in mijn vel en wacht wat er gebeurt. Bovendien moeten ook andere mensen zich engageren. Ik wil niet meer het alfa en omega van de lijst zijn. J’ai donné.”

(HH)