OVAM, de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij, voert samen met de Gentse Universiteit een onderzoek uit naar de bodemkwaliteit in de Westhoek. De studie bekijkt of de massale beschietingen uit de eerste wereldoorlog een invloed hebben gehad op de kwaliteit van de bodem. Uit een beperkt onderzoek eerder dit jaar is een lichte verhoging van koperconcentratie vastgesteld.
Op een 300-tal plaatsen in de Westhoek worden de komende weken grondstalen genomen zoals hier in Elverdinge vlakbij het Britse kerkhof. OVAM en de universiteit van Gent bekijken of de stalen zware metalen bevatten. Restanten van munitie uit wereldoorlog 1.
“De granaten uit WO I hadden een bronzen ontstekingskop, die bestond uit koper en zink,” zegt Marc Van Meirvenne van de Gentse Universiteit. “Uiteindelijk naarmate de oorlog vorderde, bestonden de Duitse granaten vooral uit zink. Er waren ook granaten met lood in en gifgasgranaten. Er waren verschillende zware metalen die massaal tijdens de oorlog gebruikt zijn.”
Een beperkt bodemonderzoek eerder dit jaar wees al op een lichte verhoging van zware metalen in de grond van de frontstreek. De nieuwe studie moet die bevindingen nu onderbouwen.
“Uit die eerste analyse blijkt dat we veilig onder de richtwaarden blijven. Er is geen sprake van bodemverontreiniging, enkel van verhoogde waarden ten opzichte van andere referentiepunten,” zegt Jan Verheyen van OVAM.
Tegelijk voert OVAM nog een andere studie uit. Er ligt nog heel wat niet-ontplofte munitie onder de grond. Die is vaak beschadigd en vertoont sporen van lekkage, OVAM onderzoekt of deze lekkende projectielen sporen nalaten in de bodem. Halfweg volgend jaar worden de resultaten verwacht.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier