Stad zonder stadhuis: klinkt aardig, maar is foute keuze

Stadhuis van Kortrijk. (Foto Belga)
Jan Gheysen
Jan Gheysen Opiniërend hoofdredacteur

Vincent Van Quickenborne, burgemeester van Kortrijk, wil dat Kortrijk een stad zonder stadhuis wordt. Dat heeft hij donderdagochtend op radio 1 gezegd. Wij vinden dat geen goed idee.

Natuurlijk heeft de burgemeester van Kortrijk geen ongelijk. Wie naar een stad- of gemeentehuis moet, ergert zich. Aan het wachten, aan de papierwinkel, aan het gebruikelijk ‘ambtenarees’ dat als taal gebruikt wordt op die formulieren en soms aan de onverschilligheid waarmee de ambtenaren de burger ontvangen. Als we via het web al die administratie kunnen regelen – vanuit waar dan ook – dan is dat inderdaad een goede zaak. Die service via het net had eigenlijk al veel langer in veel meer gemeenten uitgebreid mogen bestaan.

Maar dat met heel die digitalisering meteen het stadhuis moet worden gesloopt, dààr volgen we de Kortrijkse burgemeester niet meer. We willen het dan nog niet hebben over de vraag waarheen het dan moet met de huwelijken die op stadhuizen worden voltrokken. Of kunnen we straks voortaan in Kortrijk ook digitaal trouwen? Met een digitale bon voor een cavaatje in een Kortrijkse taverne, een trouwboekje op een iPad én een gemonteerde huwelijksfoto in het decor van het ‘toenmalige stadhuis’. Zo ver komt het niet, denken wij en hopen wij.

Niet alleen om die ceremoniële redenen. Een stad- of gemeentehuis is of kan veel meer zijn dan een uitwisselingsplek voor administratie of een decor voor ceremonieën. We hebben het onlangs zelf mogen ondervinden in onze thuisgemeente Ledegem. Eén van onze buren plande een uitbreiding en we werden daarvan via een aangetekende brief op de hoogte gebracht. De plannen lagen ter inzage op het gemeentehuis. Als we het niet eens waren met of we hadden opmerkingen over die plannen, dan konden we dat schriftelijk melden. Geen probleem als dat in de toekomst allemaal via digitale weg kan.

Maar… we hadden wel wat vragen, net zoals een andere buur. Wat was nu het voorstel van onze technische dienst op de gemeente? Laten we daarover samen aan tafel zitten en op die manier proberen om de problemen op te lossen en de onduidelijkheden uit te klaren. Waar? Niet ergens in een achterafzaaltje van een café of van een ontmoetingscentrum, maar in het gemeentehuis. Onze burgemeester, zo werd gezegd, wil dat mensen die zaken hier eerst proberen in gesprek uit te klaren.

En dat werkte. Wij leerden onze nieuwe buren van dichterbij kennen, ze kregen ruimte en tijd om hun plannen uit te leggen, er was de neutrale ruimte die perfect geschikt was voor zo’n gesprek, we werden door niemand gehinderd en mocht dat nodig zijn, de dossiers waren binnen handbereik. Bovendien volgde een schepen én een mevrouw van de technische dienst het gesprek en gaf informatie wanneer daarom werd gevraagd. Kijk, wat kan voor burgers, gebeurt ongetwijfeld ook voor verenigingen die met mekaar moeten overleggen, voor delegaties die op een neutrale, maar gezagsvolle plek willen praten met de overheid…

Het stadhuis als ontmoetingsplaats voor burgers en bestuurders: dat werkt. En dat willen wij op onze gemeente niet kwijt. En eigenlijk verdienen Kortrijkzanen het ook niet dat hun stadhuis wordt gesloopt, ook al bedoelde de burgemeester dat louter virtueel.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier