De oude man, de zee en de metaaldetector

© Getty Images/iStockphoto
Ann De Craemer
Ann De Craemer Schrijfster

Schrijfster Ann De Craemer is samen met politicoloog Carl Devos en atlete Axelle Dauwens één van onze drie columnisten. Maandelijks gunt ze ons een blik in haar ziel…

De zee. In de zomer zul je me er niet vaak vinden: te veel felle kleuren en schelle geluiden die het geruststellende geruis van de golven haast overstemmen. Maar wanneer in de herfst de bomen zich tooien in hun verblindend mooie feestkledij, geniet ik wel van de zee. Dan kan ik er vinden wat ik er zoek: stilte en rust.

Omdat mijn gemoed al een paar dagen zo grijs was als de wolken die op een sombere dag boven de Noordzee samentroepen, ging ik wandelen in het zand van Oostende. De eeuwigheid en oneindigheid van de zee heb ik altijd een pleister tegen pijn gevonden: als je gedachten gevangenzitten in de mallemolen van je hoofd, kan een blik op de horizon ze even uit hun ketenen bevrijden.

Na een uur stappen ging ik uitrusten op een golfbreker. Voor mij zag ik een oude man zijn metaaldetector behoedzaam over het zand bewegen. Als kind al was ik gefascineerd door mensen die op het strand urenlang op zoek gaan naar wat uiteindelijk vaak waardeloze dingen blijken: muntstukjes, of een gebroken zonnebril, of een restant van een blikje frisdrank.

Misschien omdat ik zo lang naar de man bleef kijken, of misschien omdat hij net als ik moe was, kwam hij naast me zitten. Meteen begon hij te praten: hij was niet moe maar had nood aan een babbel, voelde ik meteen. ‘Jaja, ze zijn er daarmee, hé, met de herfst’, zei hij. ‘Ja’, zei ik, niet goed wetend wat anders te antwoorden. Er viel een wat ongemakkelijke stilte. ‘Ik hou wel van de herfst’, zei ik. ‘In de zomer is het hier veel te druk.’

De man frunnikte aan zijn metaaldetector. Zijn rode regenjas stak schril af tegen zijn spierwitte baard. ‘Ik denk ook liever niet terug aan de zomer’. Weer een stilte. ‘In augustus is mijn vrouw overleden’. ‘Mijn deelneming’, stamelde ik – maar het leek alsof hij me niet hoorde. ‘Ze zeggen dat het leven doorgaat, maar ‘t is verdomme toch moeilijk om dat te geloven.’ Toen kwam het verhaal van zijn vrouw er in één geut uit. Twee jaar geleden kreeg ze borstkanker. Ze had gevochten als een leeuwin en samen waren ze de hoop nooit verloren. Ze herstelde en wat volgde was een jaar waarin ze gulzig van het leven dronken, omdat ze voor het eerst in hun vijfenveertigjarige samenzijn beseften dat dat leven slechts een zijden draadje is dat elk moment kan knappen. Maar dan, een jaar later, kwam de kanker terug. Uitzaaiingen. Eerst de botten, dan de hersenen. Vanaf dan ging het heel snel. ‘Drie maanden hadden we nog. Een paar keer heb ik haar in een rolstoel naar hier gebracht en keken we in stilte naar de zee.’ Krop in mijn keel. Om de man wat op andere gedachten te brengen, vroeg ik hem of hij al lang het strand afzocht met zijn metaaldetector. ‘Nee’, antwoordde hij, ‘pas sinds mijn vrouw er niet meer is. Een mens moet een bezigheid zoeken, hé. Als ik alleen in ons appartement zit, vreet de stilte mij op. En weet je wat het ook is? Toen mijn vrouw ziek was, heb ik geleerd dat hoop het enige is wat de mens overeind houdt. ‘t Klinkt misschien onnozel, maar met zo’n metaaldetector over het strand lopen, dat geeft je ook hoop. De hoop dat je iets zult vinden. Soms iets kleins wat je gelukkig maakt, en het is in dat kleine geluk dat ik mijn troost vind. Ik moet wel. En hier lopen, in dit zand, geeft me het gevoel dat mijn vrouw dichtbij is.’

Je kunt honderd filosofen lezen, dacht ik toen ik naar huis reed, maar vaak komt de ware wijsheid uit de mond van een gewone mens. Toen ‘s avonds de mallemolen in mijn hoofd weer in werking dreigde te treden, zag ik de man op de golfbreker opnieuw voor mij. Ja, dacht ik, de hoop niet verliezen, en troost vinden in klein geluk. Ik glimlachte, en begon voor het eerst te geloven dat alles wel weer goed komt. Als ik voortaan de woorden ‘de oude man en de zee’ hoor, zal ik niet alleen meer aan het literaire meesterwerk van Ernest Hemingway denken, maar aan een man die mij hoop gaf net wanneer ik dat niet had verwacht.