Openbare aanklager weerlegt verklaringen beschuldigde op proces peutermoord

Redactie KW

“Ik besefte dat het ernstig was, dat hij aan het sterven was.” Dat verklaarde E.L. in 2003 aan de speurders die het overlijden van de tweejarige Quinten Verbeke onderzochten.

Openbaar aanklager Luc Strypsteen en advocaat Piet Van Eeckhaut kwamen daar meermaals op terug op het assisenproces over de dood van de jongen, want in de beklaagdenbank had Lozie verteld dat ze zich niet bewust was van het feit dat de trappen in zijn buik zulke letsels hadden veroorzaakt.

Nadat haar vriend die bewuste 7 juli 2003 het huis uit was, ging E.L. naar de bovenverdieping om te kijken naar Quinten. Die had ze voordien in woede op de grond geduwd en twee harde stampen in zijn buik verkocht. “Een fontein van bloed was het gevolg”, zo omschreef E.L. nadien wat gebeurde aan de federale rechercheurs, die dat maandag kwamen herhalen voor de volksjury. L. was zich naar eigen zeggen niet bewust van het feit dat de aangebrachte verwondingen zo ernstig waren en verwees naar het feit dat Quinten al eerder die week had overgegeven. Pas toen E.L. het jongetje meer dan een uur na de trappen andere kleren en een verse luier wilde aandoen, en hij aanvoelde als een “lappenpop”, werden uiteindelijk de hulpdiensten verwittigd.

Het openbaar ministerie en de raadslui van de moeder proberen aan te tonen dat de vrouw toch geweten heeft wat er aan het gebeuren was met Quinten en grepen daarvoor terug naar haar verklaring van kort na de feiten. Bovendien, merkten de raadslui op, diste de beklaagde meteen na de feiten leugenachtige versies van de feiten op die blijkbaar goed doordacht waren want doorspekt met allerhande details. Zo vertelde ze aanvankelijk hoe Quinten van de trap was gevallen en een kast over zich heen had gekregen.

Maandagavond komt G.V., vriend van E.L. en vader van Quinten, getuigen. (Bron: Belga)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier