West-Vlaamse leerkrachten zijn het minst ziek

Redactie KW

In 2014 is het aantal ziektedagen opgenomen door personeelsleden in het onderwijs licht gestegen, tot boven de 4%, maar het aantal ziektedagen ligt in onze provincie het laagst.

In 2014 zijn iets minder dan de helft (47,65%) van de personeelsleden geen enkele dag ziek geweest. Dat is een stijging t.o.v. 2013 (45,02%). West-Vlaanderen (54,1%) scoort hier het beste, gevolgd door Oost-Vlaanderen (47,5%), Limburg (46,1%) en Antwerpen en Vlaams-Brabant (beiden 45,9%).

Wie wel ziek was, was dat op een kalenderjaar gemiddeld 14,89 dagen of 4,08% tegenover 14,5 dagen of 3,97% in 2013. Het gaat om het hoogste percentage van de laatste 5 jaar. In de cijfers zijn eendagsziekten inbegrepen, die in 2014 gevoelig daalden. Tegelijk is er een opvallende stijging van langdurige afwezigheid wegens ziekte (afwezigheidsperiodes van 30-180 dagen of langer).

Depressie, stress en burn-out blijven de voornaamste oorzaken van ziekte

Er is een stijging in alle leeftijdscategorieën, behalve de jongste. Hoe jonger de leerkracht hoe minder hij of zij ziek is. Oudere personeelsleden in de leeftijdscategorie 56-65 jaar nemen het meeste ziektedagen op en zijn ook de grootste stijgers (van 32,62 in 2013 naar 33,65 dagen in 2014).

Psychosociale aandoeningen (onder meer stress, depressie en burn-out) blijven de voornaamste oorzaak van ziekte. Het gaat om 36,43% van de ziektedagen (40,83% bij mannen en 35,13% bij vrouwen). Dat is een stijging in vergelijking met 2013, toen het 33,49% bedroeg. Afwezigheid om psychosociale reden is het hoogst in het secundair onderwijs en doet zich vooral voor bij oudere personeelsleden. Dit jaar is er een opmerkelijke stijging in de leeftijdsgroep 36-45 jaar, zowel bij mannen als bij vrouwen. Directies zijn minder ziek dan leraren, maar zijn relatief gezien wel oververtegenwoordigd in de ziektecijfers omwille van psychosociale reden.

In de top-drie volgen na de psychosociale aandoeningen problemen met de gewrichten en de rug.

Steeds meer leraren hervatten het werk deeltijds na een periode van ernstige en langdurige ziekte: een stijging van 21,50% ten opzichte van vorig jaar. De overgrote meerderheid neemt in die periode 50 tot 74% van hun opdracht op. Voor het eerst werden cijfers verzameld over de duur van die deeltijdse werkhervatting. Een grote meerderheid van de personeelsleden opteert voor een beperkte periode en neemt na ± 3 maanden hun vroegere opdracht opnieuw op. Iets meer dan 200 personeelsleden blijven langer dan een jaar in dit stelsel.

Limburg blijft met 18,81 dagen de provincie met het grootste gemiddeld aantal ziektedagen. Daarna volgt Antwerpen (15,09), Vlaams-Brabant (14,27), Oost-Vlaanderen (13,87) en West-Vlaanderen (13,45).

Werkbaar werk is ook binnen onderwijs een terechte bekommernis“, aldus minister Crevits. “De laatste jaren zien we het aantal ziektedagen toenemen en personeelsleden zijn ook langer ziek. Psychosociale aandoeningen zoals stress, depressie en burn-out blijven komen het vaakst voor. Dat zijn signalen die we niet mogen negeren. De resultaten van het rapport zijn belangrijk in het kader van de onderhandelingen met de sociale partners over het loopbaanpact waarbij er ook aandacht gaat naar formules die langer werken in het onderwijs mogelijk maken.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier