“Tegen dat pesten zal ik echt moeten ingrijpen”

Hilde Crevits deelt handtekeningen uit aan de deelnemers van het LEGO Education Camp in Vives Kortrijk. (Foto JVGK)
Ilse Naudts

Vlaams minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V), zelf afkomstig uit een onderwijsfamilie, pleit aan het begin van het schooljaar voor meer evaluaties van leerkrachten. “Zelfs ‘vastbenoemden’ kunnen na negatieve evaluaties ontslagen worden.”

Deze reportage maakt deel uit van ons Dossier Weer naar school.

U bezocht zonet een techniektaalkamp in Kortrijk. STEM (Science Technology Engineering Maths), een van uw paradepaardjes, legt de nadruk op technische en wetenschappelijke vakken. Waarom is dat zo belangrijk?

Hilde Crevits: “De bedrijfswereld vraagt om die profielen, maar er komen te weinig jongeren met die capaciteiten uit het onderwijs. 6.000 West-Vlaamse kinderen volgden vorig jaar een STEM-academie. In het secundair kiezen nu ook meer leerlingen voor wetenschappelijke richtingen. Al is er in het beroepsonderwijs nog werk aan de winkel. Daar blijft de doorstroming naar technische vakken moeilijk. Terwijl dat toch de richtingen zijn die bijna altijd garantie bieden op werk.”

In dit kamp zien we maar 5 meisjes onder de 48 deelnemers. Is dat niet een even groot probleem?

Hilde Crevits: “Dat blijft een heikel punt. Er zijn wel meisjes in STEM-richtingen, maar het is nog lang niet fifty-fifty. Vooral in het technisch en beroepsonderwijs zijn er tekort.”

In het lerarenkorps is de trend net andersom. Dat wordt steeds vrouwelijker. Moet dat ook aangepakt worden?

Hilde Crevits: “Het is niet zo zwart-wit. Hoe jonger de leerlingen, hoe meer vrouwelijke leerkrachten. In het kleuteronderwijs zijn het bijna allemaal vrouwen, in het universitair onderwijs vooral mannen. Ook in directiefuncties zie je verhoudingsgewijs meer mannen. Ik zou liever gemengde teams zien. Al is het niet meteen mijn prioriteit. Nu zijn we nog volop bezig met het herbekijken van de lerarenopleiding. Daarna wil ik werk maken van een beter evenwicht tussen mannen en vrouwen.”

Uit cijfers van de Centra voor Leerlingenbegeleiding (CLB’s) blijkt dat pesten in West-Vlaanderen een groter probleem is dan elders. Hoe valt dat te verklaren?

Hilde Crevits: “Ik heb daar geen verklaring voor, maar ik voel wel dat ik moet ingrijpen. In juli hebben we met de regering beslist om meer te investeren in de CLB’s. Die krijgen steeds meer zorgvragen te verwerken en moeten daar ook voor uitgerust zijn. Zorg wordt een belangrijke schakel in het onderwijs. Meer zelfs, vanaf het schooljaar 2018-19 wordt het hebben van een goed zorgbeleid een voorwaarde om als school een erkenning te krijgen. Leerlingen moeten zich goed voelen op school en een sterk anti-pestbeleid is superbelangrijk. Het zijn vooral de allerzwaarste dossiers die bij de CLB’s terechtkomen. Ik wil nog meer inzetten op een preventieve aanpak. Basisschool Sint-Andreas in Brugge, die vorig schooljaar de Pesten-dat-kan-niet-prijs won, werkt met de Finse Kiva-methode. Geen schuldige aanwijzen, in groep samen oplossingen aanreiken… Ik ben daar een namiddag op bezoek gegaan en mijn mond viel open.”

De onderwijshervorming moet in 2018 een feit zijn. Zit u op schema? En de West-Vlaamse scholen?

Hilde Crevits: “Er is nog werk. Maar ik zie in West-Vlaanderen veel bewegen. Steeds meer scholen slaan de handen in elkaar. Ik ben een grote fan van campusscholen, scholen waar je alle richtingen uit kan. Dat hoeft niet per se op één locatie, maar wel onder eenzelfde beleid. In zulke scholen kan een kind in het middelbaar alle talenten, van praktisch tot abstract, ontwikkelen. Sommige scholen moeten daar nog in groeien. In Roeselare zijn ze misschien iets te snel gegaan, maar ik heb er vertrouwen in dat het zal lukken. Ook qua infrastructuur beweegt er iets. Kijk naar de Sint-Maartensscholen in Ieper die van de reorganisatie gebruik maken om een dossier in te dienen voor nieuwe infrastructuur. Van de aangevraagde projecten wordt dat de grootste investering in heel Vlaanderen. Maar er is dan ook nood aan in Ieper.”

De vaste benoeming van leerkrachten blijft een punt van discussie. Moet het onderwijs niet meer gaan werken zoals het bedrijfsleven?

Hilde Crevits: “Vaste benoemingen stellen we met de regering niet in vraag. Ze zijn ook het probleem niet. Wel dat scholen niet echt ervaring hebben met evaluatie. Leerkrachten kunnen geëvalueerd en bijgestuurd worden. Zelfs ‘vastbenoemden’ kunnen na negatieve evaluaties ontslagen worden. In het bedrijfsleven zijn evaluaties niet meer dan normaal. Het onderwijs moet daar in de toekomst ook meer ruimte voor maken.”

“Een van mijn vrienden is leerkracht economie. Zij laat zich elk jaar – op eigen initiatief – evalueren door haar leerlingen. Super toch? Niet om er sancties aan vast te koppelen. Maar omdat het leerkrachten helpt in hun functioneren. Je leert hoe je overkomt en krijgt de kans om jezelf bij te sturen. In het secundair onderwijs moet dat kunnen.”

Zijn er in West-Vlaanderen nog belangrijke werkpunten voor het onderwijs?

Hilde Crevits: “We merken dat Roeselare en Oostende meer kwetsbare kinderen en meer anderstaligen hebben. Een problematiek die in onze provincie tot voor kort niet aan de orde was. We hebben voor het eerst capaciteitsmiddelen gegeven aan Roeselare omdat de groei van het aantal leerlingen er zo groot is. Globaal doet West-Vlaanderen het heel goed als het om onderwijs gaat. De schoolresultaten van West-Vlaamse kinderen zijn prima, het zittenblijven is heel beperkt en de slaagkansen in het hoger onderwijs zijn super. Enig chauvinisme mag toch, nee?”