In Kortrijk daalt het aantal spijbelende lagereschoolkinderen net wel

© BELGAIMAGE
Olaf Verhaeghe

In tegenstelling tot het Vlaamse gemiddelde kunnen de Kortrijkse basisscholen de voorbije jaren wel dalende spijbelcijfers voorleggen. “Het aantal hardnekkige spijbelaars nam in vergelijking met twee jaar geleden af met meer dan de helft”, stelt OCMW-voorzitter Philippe De Coene. De inzet van brugfiguren en de succesvolle initiatieven van de basisscholen zelf werpen duidelijk hun vruchten af.

Woensdag openden Het Laatste Nieuws en De Morgen op basis van cijfers van onderwijsminister Hilde Crevits (CD&V) met het nieuws dat het aantal spijbelaars in het Vlaamse lager onderwijs de voorbije vijf jaar verdubbeld is. Hoewel het in absolute cijfers om een vrij kleine groep gaat, zijn net die kinderen erg kwetsbaar. Bram Spruyt, professor Sociologie aan de VUB, stelt dat het zeker niet om moedwillige spijbelaars gaat, maar om kinderen die thuisblijven door een moeilijke thuissituatie. Ondanks verschillende initiatieven van de Vlaamse regering, lijkt minister Crevits het tij niet meteen te kunnen keren.

Zelf initiatief nemen

In Kortrijk startten OCMW en stadsbestuur in samenspraak met de verschillende lagere scholen met zogenaamde brugfiguren onderwijs. “Zij fungeren op vandaag als één van de belangrijkste instrumenten in de armoedebestrijding“, zegt OCMW-voorzitter Philippe De Coene (sp.a). “Door heel dicht bij de mensen te staan en veelal vroeg problemen te signaleren, kunnen onze diensten veel sneller en gerichter ingrijpen. De brugfiguren wachten niet tot mensen in een kwetsbare of moeilijke situatie de stap zetten; ze kunnen zelf het initiatief nemen.”

Momenteel beschikt Kortrijk over acht onderwijsbrugfiguren, naast de mensen die zich focussen op armoede, integratie en kinderopvang. “Het merendeel van onze brugfiguren is vast verbonden aan één of twee basisscholen, maar we hebben ook een aantal mobiele mensen. Die kunnen op vraag van de directie erg ad hoc worden ingeschakeld.”

In alle scholen samen bereikten ze sinds de opstart ruim 1.350 kinderen, goed voor 16% van alle alle drie- tot twaalfjarigen in de stad. “Op de scholen die hoog scoren op de zogenaamde SES-criteria (sociaal-economische status, red.) bereiken we maar liefst 41,5% van de lagereschoolkinderen“, aldus De Coene.

-55 procent

In tegenstelling tot het Vlaamse gemiddelde slaagt Kortrijk er wél in het aantal spijbelende basisschoolkinderen fel terug te dringen. “We merken een spectaculaire impact sinds de start van de brugfiguren”, zegt De Coene verder. “Op zich verrast ons dat niet, maar de daling is toch significant.” Waar voor 2015 nog 34 kinderen problematisch afwezig waren (dertig of meer halve schooldagen, red.), gaat het vandaag om nog vijftien zogenaamd hardnekkige spijbelaars. “Toch een daling van dik 55%. Ook wat het aantal kinderen dat tussen de vijf en tien dagen afwezig is betreft, merken we een serieus verschil.”

Het aantal problematisch afwezigen daalde van 34 in 2014-2015 naar 15 vorig schooljaar

Ook volgens de OCMW-voorzitter is het spijbelen meestal een erg duidelijke illustratie van een problematische thuissituatie. “Het gaat om 10-jarige kinderen die thuis voor hun jongere broers of zusjes moeten zorgen, om kinderen van wie de ouders niet bij machte zijn naar school te brengen,… Het is nochtans uiterst belangrijk om op jonge leeftijd regelmatig kwaliteitsvol onderwijs te volgen. En dat weten de meeste ouders ook. Alleen laat de thuissituatie het jammer genoeg niet altijd toe.”

Philippe De Coene, OCMW-voorzitter en schepen van Armoedebestrijding.
Philippe De Coene, OCMW-voorzitter en schepen van Armoedebestrijding.© JVGK

Het brugfigurenproject in het basisonderwijs kost het OCMW en de stad Kortrijk zo’n 310.000 euro. “Los van de opvolging”, benadrukt De Coene. “Onze diensten verrichten nadien vaak nog enorm veel werk. Het aantal hulpvragen bij het Sociaal Huis is bijvoorbeeld een belangrijke indicator: als we de cijfers van 2016 naast die van 2014 leggen, merken we een stijging van maar liefst 35% (5.647 in 2016 ten opzichte van 4.422 in 2014). Veel meer dossiers vragen veel meer oplossingen, maar uiteindelijk worden de Kortrijkzanen er volgens ons vooral beter van.”

Aanrader

Minister Crevits gelooft in de rol van brugfiguren, al wil dat volgens haar woordvoerder niet zeggen dat ze er meteen budget voor gaat vrijmaken.?”Gemeenten krijgen jaarlijks vanuit het Gemeentefonds 3,5 procent meer middelen van de Vlaamse regering.?Steden kunnen dan de keuze maken om die te gebruiken om brugfiguren in te zetten.”

Philippe De Coene raadt andere steden en gemeenten het inzetten van brugfiguren alvast expliciet aan. “Ik weet dat men ook in Oostende uitmuntend werk levert. Voor mensen in een moeilijke situatie is de drempel om hulp of ondersteuning te vragen soms nog te hoog. Een vertrouwenspersoon kan die drempel volgens ons aanzienlijk verlagen.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier