Hogeschool Vives stuurt studenten extra factuur van 80 euro bovenop inschrijvingsgeld

Redactie KW

“Ongehoord”, zegt Vlaams parlementslid Tine Soens (SP.A). De hogeschool spreekt van “foutieve informatie”.

Volgens haar bewijst de hogere factuur dat de besparingen van minister van Onderwijs Hilde Crevits het onderwijs treffen. “Maar het is zeker geen oplossing om dan een extra factuur aan de studenten en hun ouders door te rekenen. Die betalen immers al een verhoogd inschrijvingsgeld. Dat moet volstaan om van alle diensten gebruik te mogen maken”, aldus Soens.

In een brief aan de studenten en ouders deelt hogeschool Vives mee dat het 80 euro extra aanrekent (40 voor studenten die minder dan 30 studiepunten opnemen). De extra factuur dient volgens de school om een aantal kosten te dekken zoals het onbeperkt gebruik van internet op de campus, het beschikbaar stellen van pc’s en apparatuur en het gebruik van gemeenschappelijke ruimtes.

SP.A-parlementslid Tine Soens neemt de extra factuur op de korrel. “Een factuur van 80 euro betekent een verhoging van 10 procent bovenop het inschrijvingsgeld van 890 euro”, klinkt het. “Ik vind het ongehoord dat de Vlaamse regering eerst het inschrijvingsgeld verhoogt en daarna bespaart op de werkingsmiddelen van het onderwijs waardoor sommige instellingen nu gedwongen worden om extra facturen te sturen naar hun leerlingen.”

Soens spreekt van het ‘artificieel optrekken van het inschrijvingsgeld’. Dat kan volgens haar ook niet de bedoeling zijn. “Het inschrijvingsgeld zou op zich al voldoende moeten zijn voor een student om van al die nutsvoorzieningen gebruik te kunnen maken”, aldus Soens.

De politica gaat de kwestie aankaarten bij minister van Onderwijs Hilde Crevits (CD&V).

“Foutieve informatie”

Vives meent intussen dat er incorrecte informatie is verspreid rond het inschrijvingsgeld. Ze spreken van “foutieve informatie”. “De vergoeding die Vives de studenten aanrekent naast het inschrijvingsgeld dient, conform het onderwijs- en examenreglement, uitsluitend voor de bekostiging van opleidingsspecifieke zaken“, duidt Joris Hindryckx, algemeen directeur. “Denk hierbij aan gebruik van bepaalde software, huur van didactisch materiaal, kopies, gebruik van audiovisuele materialen of opleidingsspecifieke databanken. Het gaat in alle gevallen steeds om zaken die, als de hogeschool ze niet ter beschikking zou stellen, door de student verplicht, extern, gehuurd of aangekocht zouden moeten worden, wat in alle gevallen de kostprijs zou verhogen”, argumenteert de directeur.

“Vives wil ten zeerste benadrukken dat het niet gaat om zaken zoals het gebruik van internet of gemeenschappelijke ruimtes. De hogeschool zal verdere inspanningen leveren om nog transparanter te communiceren over de opleidingsspecifieke kosten die de studenten worden aangerekend, uitgebreider vergoedingen motiveren en daarom in de toekomst afstappen van de forfaitaire aanrekening van opleidingsspecifieke kosten”, besluit de hogeschool.

(BELGA)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier