Waarom ik geen voorstander ben van het verhaal van de kleine windmolens

Peter Bossu
Peter Bossu Milieuactivist uit Diksmuide

Milieuactivist Peter Bossu is niet gewonnen voor kleine windmolens, vooral omdat er zich veel betere alternatieven aandienen in de zeer nabije toekomst.

In de Westhoek en verder loopt al een tijdje een debat rond het al dan niet toelaten van kleine windmolens op landbouwbedrijven. Onder meer omwille van het ruimtelijke effect, de nieuwe ontwikkelingen in de energiesector en het gelijkheidsbeginsel pleit ik voor zeer grote omzichtigheid in dit dossier.

Het verbaast sommigen en andere vinden het van de pot gerukt, maar ik ben geen grote believer van het wonder van de kleine windmolens. Ik leg uit waarom.

Voorzichtigheid geboden

De voorbije 15 jaar heb ik heel wat projecten van windenergie op land én op zee van dicht gevolgd en aan sommigen meegewerkt. Zo ben ik nog altijd trots dat ik als adviseur van toenmalig minister van de Noordzee Johan Vande Lanotte (1995-1999) het windmolenproject op de Thorntonbank mee heb uitgewerkt en op land de windmolens in Nieuwkapelle ‘erdoor’ heb gekregen. Wat dit laatste betreft, toen met volle en onvergetelijke steun van toenmalig schepen Marc Deprez (Diksmuide). Ik ben dan ook voor hernieuwbare energie, absoluut tegen kernenergie en heb al meerder malen, waar ik kon, hier mijn verantwoordelijkheid genomen.

Dit belet me echter niet om ook kritisch te blijven en niet blind en doof te zijn. Kleine windmolens op landbouwbedrijven, op een pyloon van zowat 16 meter, klinken positief en zijn dat in het nu ook, maar ik pleit ervoor om hier zeer voorzichtig te zijn.

Het principe op zich is dus leuk: een landbouwbedrijf zet een kleine windmolen en oogst op die manier wind en energie voor het bedrijf. Vraag is echter wat de landschappelijke impact zou zijn van tientallen molens op een pyloon van 16 meter in pakweg Stuivekenskerke, Lampernisse of Esen? Als landbouwbedrijven het recht hebben om zo’n molen te plaatsen, dan moeten andere burgers dat immers vanuit het gelijkheidsprincipe ook hebben. Ook bijvoorbeeld zonnepanelen zijn mogelijk voor iedereen en dus moeten zulke molens dat ook zijn. Wat een miserie, wat een protest zou dat betekenen als iedereen die het zich kan permitteren – al dan niet met subsidie – zo’n molen gaat plaatsen? Buur X zou vrezen voor zijn privacy, want er kan een camera op gezet worden, Y is bang voor het geruis van de molen en Q omdat het zo dicht staat dat het slagschaduw geeft in de living en de keuken. Zot, bij het haar gegrepen? Neen! Opmerkingen waar een lokaal bestuur dagelijks mee te maken krijgt in pakken vergunningsaanvragen en klachten voor tal van zaken.

De ruimtelijke impact en de onvrede bij buren is onderschat en er zijn binnen straks betere alternatieven met meer nut en minder last

Het principe blijft mooi, maar laten we dit beter niet even passeren, wetende dat er veel beters op komst is? Ik denk van wel. Wie de sector volgt en de nieuwe ontwikkelingen bekijkt, weet dat er op het vlak van de fotovoltaïsche cellen (nu in zonnepanelen) een echte revolutie op komst is. Fotovoltaïsche cellen gaan op een manier geproduceerd worden dat ze in stenen, dakpannen, platen, glas… als een film ingebouwd worden en zo veel meer energie gaan produceren. Tijdens een bezoek aan het Zweeds bedrijf Sapa – met ook een vestiging in Lichtervelde – zag ik de voorbeelden hiervan en zei de verantwoordelijke me het zo: “We moeten muren, daken en ramen gaan zien als ‘energiehuiden’, die kunnen bekleed worden en niemand gaan storen. Want niemand gaat het zien, het maakt geen geluid, het brengt alleen energie op, er zullen geen vergunningen nodig zijn en het zal een revolutie teweeg brengen in de energie en het (denken rond) bouwen”. Samengevat in deze: met die ‘energiehuid’ gaan ook bijvoorbeeld landbouwbedrijven zo mee energiefabrieken worden.

Investering snel achterhaald

Geloof ik dan die ontwikkelingen? Ja, net als ik jaren geleden geloofde in grote windmolens (hoe hoger hoe meer wind en energie ze vangen) en windmolenparken op zee. Ze staan er ook en produceren ‘volle bak’. Mocht ik evenwel op vandaag landbouwer, andere burger met wat tuin én overheid zijn, ik zou geen tijd stoppen in kleine windmolens. De investering zou wel eens heel snel achterhaald kunnen zijn. De ruimtelijke impact en de onvrede bij buren is mijn inziens onderschat en er zijn binnen een paar jaar veel betere alternatieven met veel meer nut en veel minder last.

Ik heb de waarheid niet in pacht, maar als burger of overheid zou ik het hier niet doen. Ik weet dat er ook binnen het groene middenveld mensen zijn met een andere mening hierover, maar dat mag. We zijn geen sekte en geen stalinistische beweging. Vrijheid van denken en van mening is een bijzonder waardevol goed. Nie dieu, nie maitre! Ook hier.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier