“Jagen is traditie in familie”

Axel Vandenheede

Het jachtseizoen is volop bezig en daarom trekken Annelies Vandemoortele en Frederik Van Coppernolle er regelmatig op uit. “Voor ons draait de jacht in de eerste plaats rond samen buiten zijn in de natuur”, vertellen ze. “Al moet je ook wel wild schieten, want in elk jachtgebied zijn er quota opgelegd.”

Dit artikel maakt deel uit van ons ‘Dossier Jagen in West-Vlaanderen’.

Annelies Vandemoortele (34) uit Heule kreeg de passie voor de jacht van kleins af aan mee. “Mijn grootvader ging op jacht en mijn vader is ook jager”, vertelt ze. “Ik ging als kind regelmatig mee en ben er zo ingerold. Intussen gaan de kindjes ook al mee op jacht, het is een traditie in de familie.”

Bij haar partner Frederik Van Coppernolle (38) ligt dat anders. “In mijn familie eet iedereen graag wild, maar zelf jagen… Een jaar of zeven geleden vroeg een collega van mij dan of ik niet eens mee wilde jagen op grof wild. Dat beviel me enorm, zodat ik nog enkele keren meeging en uiteindelijk de nodige examens aflegde. Die zijn trouwens niet van de poes.”

olifanten

“Zo moet je de wetgeving rond jagen – zowat 180 pagina’s – en alles over jachtwapens kennen. Daarbovenop moet je alles weten over de dieren waarop je jaagt. Het is een soort van biologiecursus. Daardoor weet ik nu bijvoorbeeld dat een everzwijn 44 tanden heeft. De puntentelling is ook streng. Je moet bij elk examen minstens de helft halen en in het totaal zeker 60 procent. Uiteindelijk volgt nog een praktijkexamen schieten waarbij veiligheid de allerhoogste prioriteit heeft.”

Annelies en Frederik reizen graag om te gaan jagen. “We gingen een paar maand geleden op vakantie naar Mauritius en hebben daar een dagje gejaagd. Er staat ook al een trip naar Afrika gepland. Om op antilopen te jagen. Op olifanten jagen zou ik persoonlijk niet kunnen”, vertelt Annelies.

“Ikzelf ben jachtheer van een jachtgebied in het Oost-Vlaamse Nazareth”, pikt Frederik in. “Daar gaan we ook regelmatig naartoe. Niet alleen tijdens het jachtseizoen trouwens: in het voorjaar kan je er bijvoorbeeld wandelen en de fazanten horen baltsen. We ruimen in die periode ook altijd het jachtgebied op.”

“Een jager is begaan met de natuur”, aldus nog Annelies. “Dat valt enorm op bij jagers die erbij komen. Vaak zijn het jongere mensen, veel vrouwen ook. Zij hebben veel respect voor de natuur.”

Dat is een goede zaak, al is het natuurlijk ook wel zo dat jagers dieren doden… Frederik: “Voor de start van het jachtseizoen vinden er tellingen van het wild plaats en op basis daarvan wordt bepaald hoeveel dieren er geschoten mogen worden. Of moeten worden: als je een jachtgebied beheert, krijg je een aantal bandjes. Per bandje moet je een dier schieten. Het is niet zo dat als je bijvoorbeeld drie bandjes krijgt, je maar twee dieren schiet. Het moeten er drie zijn. Anders riskeer je een boete die tot enkele duizenden euro’s kan oplopen.”

“Het is ook niet zo dat we elk dier dat we tegenkomen schieten. Zeker niet! Je krijgt als jager richtlijnen welke dieren je mag schieten en dan nog laat je bepaalde dieren gewoon voorbijlopen. Ik heb al een aantal keer de kans gekregen om een dier te schieten, maar het niet gedaan. In de plaats daarvan genoot ik van het tafereel. Voor mij gaat jagen dan ook in de eerste plaats om wild te zien.”

Al kunnen Frederik en Annelies niet ontkennen dat ze heel graag wild eten. “Eigen geschoten wild”, zegt Annelies. “Vorig weekend nog maakte ik een wildmenu klaar met fazant, haas en ree. Allemaal dieren die we zelf geschoten hebben. De recepten worden in de familie doorgegeven.”