De Vlaamse regering erkent de overvloedige regenval van eind juli 2014 immers als ramp.
Op voorstel van minister-president Geert Bourgeois erkende de Vlaamse regering vandaag de overvloedige regenval die plaatsvond op 27, 28 en 29 juli in de provincies Limburg, Oost- en West-Vlaanderen en Vlaams-Brabant. Daarnaast worden ook alle getroffen gemeenten opgesomd die in aanmerking komen voor een financiële tegemoetkoming.
Voor West-Vlaanderen zijn dat Ardooie, Brugge, Hooglede, Ieper, Ingelmunster, Izegem, Knokke-Heist, Langemark-Poelkapelle, Ledegem, Lichtervelde, Meulebeke, Moorslede, Pittem, Roeselare, Tielt, Wingene en Zonnebeke.
In Wingene zijn ze alvast verheugd. “We stellen vast dat de engagementen die door ministers Peeters en Crevits en gouverneur Decaluwé werden vooropgesteld ter gelegenheid van hun bezoek aan Wingene al deels ingevuld zijn, namelijk dat de erkenning van ramp voortaan vlotter moet kunnen geregeld worden”, klinkt het. “Dit sterkt onze hoop op een goede afwikkeling tot erkenning als ramp van de valwinden van eind januari 2014 en de Pinksterstom (7-8 juni 2014), die onze gemeente zwaar troffen. Deze beslissing wordt binnenkort verwacht van de Federale Regering.”
Nu nog geen stappen ondernemen
Eens de beslissingen tot erkenning van ramp gepubliceerd zijn in het Belgisch Staatsblad is er drie maanden tijd voor het indienen van individuele dossiers voor tussenkomst van het rampenfonds. Het gemeentebestuur vraagt uitdrukkelijk om nu nog geen stappen te ondernemen. Betrokkenen zullen de nodige toelichting en richtlijnen krijgen, zodra de periode voor het indienen van de schadedossiers gekend is.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier