Het Belgische fregat “Louise-Maria” meert maandag aan in haar thuishaven in Zeebrugge na een missie van vier maanden. Drie maanden daarvan waren gewijd aan de strijd tegen piraterij voor de Afrikaanse oostkust. Tijdens de patrouilles pakte het schip onder meer een groep veronderstelde piraten op en kon het zes vissers uit de problemen helpen.
Het fregat en de 160-koppige bemanning wordt maandagvoormiddag verwelkomd door de top van de Belgische en Nederlandse marine. Dit ter gelegenheid van de vijftiende verjaardag van het samenwerkingsakkoord “Admiraal Benelux” (ABNL) tussen de twee marines. Het fregat verliet Zeebrugge op 4 oktober en begon zestien dagen later aan zijn tweede deelname in twee jaar tijd aan de Europese operatie Atalanta, die strijdt tegen piraterij in de Golf Van Aden en de Indische oceaan. Het F931 “Louise-Marie” patrouilleerde tijdens die drie maanden in het gebied, dat tien keer zo groot is als Frankrijk, onder het commando van kapitein Carl Gillis. Het fregat onderschepte op 29 november vorig jaar zeven veronderstelde piraten in Keniaanse territoriale wateren. Zes van hen werden vrijgelaten na negentien dagen. De zevende die verdacht wordt van betrokkenheid bij de kaping van het Belgische schip “Pompei”, werd gearresteerd en overgebracht naar België. Hij zit opgesloten in afwachting van een eventueel proces.
52.000 kilometer
Volgens cijfers van het ministerie van Defensie legde de “Louise-Marie” in totaal 28.000 zeemijl af (ongeveer 52.000 kilometer) tijdens 92 dagen op zee. Aan boord bevonden zich gemiddeld 160 bemanningsleden. In totaal namen 200 mensen deel aan de tweede Atalanta-missie. Het fregat voerde 11 boardings en 7 escortes uit, waarvan vier met een interventieteam aan boord van het geëscorteerde schip. De boordhelikopter Alouette III heeft in totaal 165 vlieguren op de teller staan. Het toestel werd op 29 november gebruikt om het vuur te openen op de verdachte boot van de zeven veronderstelde piraten.
(Belga/BS)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier