Rekenvaardigheid van kinderen is deels aangeboren. Dat is onder meer het geval voor oefeningen waarbij kinderen een hoeveelheid moeten aanduiden op een getallenlijn. Dat blijkt uit een studie door een onderzoeksteam van de KULAK, de campus Kortrijk van de K.U.Leuven. Verder onderzoek moet uitwijzen in hoeverre dit aangeboren inschattingsvermogen van hoeveelheden kan worden verbeterd door training.
“Een dergelijk inschattingsvermogen voor hoeveelheden zien we ook al bij baby’s en apen. Het is aangeboren en dat heeft te maken met onze evolutie. Een grote hoeveelheid voedsel van een kleine kunnen onderscheiden was immers belangrijk om te overleven. Hoe preciezer mensen dat kunnen, hoe beter ze kunnen rekenen”, aldus pedagoge Delphine Sasanguie.
Als kinderen getest worden met een getallenlijn van stippen is de voorspellende waarde voor wat betreft de rekenvaardigheid groter dan een met cijfers.
Aangeleerd
Andere soorten rekenvaardigheden zijn niet aangeboren maar aangeleerd. Dat is bijvoorbeeld het geval met getalvergelijking, waarbij kinderen de grootste van twee hoeveelheden in cijfers of stippen moeten aanduiden. Hier bleek de variant waarbij gewerkt met cijfers een grotere voorspellende waarde voor rekenvaardigheid te hebben dan een met stippen.
“Het is dus van belang dat kinderen goed de link leggen tussen een cijfer en de hoeveelheid die dat cijfer voorstelt”, aldus Sasanguie.
(Belga, foto Belga)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier