Kringwinkel krijgt alsmaar meer af te rekenen met sluikstorters
“Het probleem met sluikstorters is niet nieuw. Het verergert echter, wat ons zorgen baart.” Vrijwel elke ochtend ? zeker op maandag ? stelt personeel van de Kringwinkel aan de D. Mergaertstraat vast dat sluikstorters weer goederen aan de ingang hebben gedumpt.
“We willen mensen die het goed bedoelen zeker niet afschrikken, maar dit is geen stortplaats. Dit bezorgt ons extra en vooral nutteloos werk. We bekijken hoe we dat kaf tussen het vele koren kunnen halen”, zegt bedrijfsleider Luc Maertens van de Kringwinkel.
Van kapot meubilair tot een stel afgeschreven autobanden : vooral op maandagmorgen – maar meer en meer ook op andere weekdagen – vinden we aan onze ingang goederen die hier absoluut niet thuis horen”, klaagt Luc Maertens, bedrijfsleider van de Kringwinkel in Roeselare. “Het fenomeen is niet nieuw, maar het is de voorbije maanden verergerd. Er zijn blijkbaar mensen die hier ‘s nachts zonder enige schroom hun vuilnis afzetten.”
Extra werk voor personeel
“Pas op, we zijn dankbaar voor alle bruikbare goederen die we ontvangen. Maar voor het hergebruik willen we alleen goederen die nog in behoorlijke staat zijn. Het sluikstorten bezorgt ons personeel extra werk. We moeten het niet alleen allemaal sorteren, maar ook de slechte stukken moeten we dan maar zelf zien te verwijderen. Er zit ook degelijk gerief tussen, dat we natuurlijk wel houden.”
Kringloopwinkels zijn vanaf de jaren tachtig ontstaan om de afvalstroom van vaak nog goede zaken te beperken en hergebruik te bevorderen. “Het hergebruik is de meest hoogwaardige vorm van afvalverwerking. Men weet dat we de Kringwinkels de goederen aan huis komen ophalen. In ons centrum worden ze daarna gesorteerd, gecontroleerd, desnoods wat gerepareerd en schoongemaakt. Daarna worden ze in onze winkel te koop aangeboden.”
“Wie met ons contact neemt, kan rekenen op die service. Het is dan ook jammer dat personen van de situatie gebruik maken om afgedankte – en vooral niet bruikbare – goederen zomaar aan de ingang te zetten. We doen dan ook een oproep om ons te bellen of minstens de goederen tijdens onze openingsuren af te leveren”, zegt bedrijfsleider Luc Maertens. De politie inschakelen ligt moeilijk. “Het sluikstorten speelt zich niet op het openbaar domein, maar op privéterrein af. Er bestaan natuurlijk mogelijkheden om zulke vormen van overlast tegen te gaan. Maar beveiliging kost natuurlijk geld. We onderzoeken verschillende pistes.”
De Kringwinkel Midwest krijgt wel eens te kampen met plaatsgebrek, maar daar komt binnenkort een einde aan als de organisatie het verdeelcentrum in Ingelmunster in gebruik zal nemen. “Voor de opslag huren we nu in Roeselare nog een stuk van de Gamma. Dat zal na de ingebruikname van het verdeelcentrum niet meer moeten.”
De Roeselaarse Kringwinkel haalt jaarlijks een omzet van bijna 1 miljoen euro. “We hebben een vijftigtal mensen in dienst. Met de verkoop van de producten komen we natuurlijk niet rond om onze werking te betalen. De rest krijgen we van de overheid. Zoals bekend zijn we actief in de sociale diensteneconomie.” Het komt niet alleen neer op de reïntegratie van goederen in de kringloop. “Door het werk dat we verschaffen, willen we ook mensen opnieuw aan het werk helpen.”
Aanbod kleiner in crisistijd
De Kringwinkel zelf blijft het goed doen. “Het aanbod is belangrijk, maar ook de prijszetting. We proberen zoveel mogelijk te diversifiëren. Hoe mooier, hoe duurder. Dat is logisch. Anderzijds blijven we een groot percentage van de goederen aan bijzonder lage prijzen aanbieden.” Het minder goede zomerweer is trouwens een zegen voor Kringwinkels. “Je ziet dat ook in het voorjaar bij de lenteschoonmaak. Het weer is inderdaad soms een barometer voor onze activiteit. Bij slecht zomerweer ruimen meer mensen hun tuinhuis of andere plaatsen op. Daarna brengen ze nog geschikt materiaal naar onze zaak. De vraag naar textiel en goederen is stijgende.”
“Toen de oorlog in Irak uitbrak, zag je ook een duidelijke beweging. Hoe slechter het gaat, hoe minder groot het aanbod is. Begrijpelijk, want dan houden de mensen hun goederen wat langer thuis. En net op zo’n moment zou de vraag naar goedkopere, herbruikbare goederen moeten stijgen. Van een crisis is nu nog geen sprake. Dat stel ik vast als ik door het magazijn loop”, aldus Luc Maertens.
(LVA)
Dit artikel verscheen in Krant van West-Vlaanderen (editie Weekbode Roeselare) van 21 augustus 2008.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier