Fietsenstalling op archeologische vondst in Sint-Kruis

Redactie KW

Enkele jaren geleden waren er aan de Altebijstraat, richting sociaal woningcomplex Fourage, wegenwerken aangekondigd.

Het gebruikelijke openbaar onderzoek werd ingezet en een bewoner, Jean-Pierre Van de Casteele, vroeg om een geplande inrit enkele meters verderop aan te leggen. Het verzoek werd afgewezen omwille van het historisch karakter van de ondergrond. Groot was de verbazing van Jean-Pierre toen vorige week enkele werklieden op dezelfde plaats een betonvloer kwamen aanleggen en nadien twee kanjers van ijzeren fietsbakken plaatsen.

Echt torenhoge verwachtingen had Jean-Pierre Van de Casteele niet toen hij zeven jaar geleden een bezwaarschrift indiende om zijn inrit aan te passen. Toen het rekest door de stedelijke instanties van tafel werd geveegd, was de voornaamste reden: ‘het gevraagde perceel bevond zich op een zijde van een driehoek dat een historisch restant van de Brugse verdedigingsgordel bleek te zijn. Op die manier zou een waardevol restant verloren gaan en dus was het verleggen van de inrit niet verenigbaar met de goede ruimtelijke ordening’. Maar kijk, nu blijkt het historisch pand toch niet zo waardevol te zijn want het stadsbestuur pootte er een joekel van een ijzeren fietsenbox neer.

Waar zijn de gelijke rechten?

Jean-Pierre Van de Casteele en ook veel buren zijn er het hart van in. Vooral de administratieve willekeur zit Jean-Pierre hoog. “Kijk, ik woon hier 22 jaar zonder enige problemen. De archeologische site heb ik zelf gezien tijdens graafwerken op het perceel. Er waren intense graafwerken voor het leggen van hoogspanningskabels en daardoor is er flink wat beschadigd van de zogenoemde archeologische vondsten. Mijn grieven zijn vooral de manier van werken door de overheid die zich beroept op de accentuering van de site en daardoor mijn aanvraag afwijst tot het verleggen van de inrit.”

“Ik denk dat het de eerste keer in mijn leven was dat ik zeven jaar geleden een bezwaar indiende. Ik legde me indertijd braafjes bij het verdict neer, maar nu stel ik wel vast dat niet alle bouwaanvragen met gelijke rechten afgehandeld worden. De afgelopen maanden heb ik, noch andere bewoners, in onze buurt enig verzoek tot het bouwen van een fietsenstalling gezien. Dat lijkt me al één pijnpunt. Een tweede is zonder meer de locatie van het gedrocht. Waarom het niet 100 meter verderop plaatsen? Feitelijk is de hele buurt er de dupe van, gezien de aard van de constructie en heel zeker de standplaats.”

Inspraak

Jean-Pierre Van de Casteele nam deze week contact op met Ann Minne-Soete, fractieleider van de N-VA. Die stelt zich ook vragen bij de inplanting van de fietsstallingen in de straat. Ann: “Ik dacht dat dergelijke overdekte fietskluizen bedoeld waren voor gebruikers die wonen in straten of entiteiten waar ze moeilijk hun fiets kunnen parkeren of bergen. In deze straat is dit absoluut niet het geval. Alle huizen van de straat hebben een voortuintje. Op die manier hebben de bewoners voldoende ruimte om hun fiets te parkeren. Men zou de investering van fietskluizen beter aanwenden op plaatsen waar ze effectief gebruikt worden. Bovendien werkt het stadsbestuur hier blijkbaar met twee maten en twee gewichten. Een bouwaanvraag negatief beoordelen omwille van de aanwezigheid van een archeologische site en enkele jaren later dezelfde site in gebruik nemen voor een fietsenberging, daar kunnen we toch vragen bij stellen. Bovendien is ook hier geen enkele buurtbewoner bevraagd of zelfs verwittigd van de bouw van de fietskluizen. Waar blijft de inspraak?”

Adviserend bestuur

We polsten ook bij schepen van Ruimtelijke ordening Franky Demon (CD&V). “De heer Van de Casteele diende in 2008 bezwaar in tijdens het openbaar onderzoek rond de aanvraag van de VMSW voor het uitvoeren van uitrustingswerkzaamheden bij het socoiaal wooncomplex Fourage”, aldus de schepen. “De stad was in dat dossier adviserend bestuur, de Vlaamse overheid vergunningverlenende overheid. Langs de gevraagde aansluitingsweg van het sociaal wooncomplex met de Altebijstraat was in de bouwaanvraagplannen een in-/uitrit naar de Altebijstraat 22 voorzien. In zijn bezwaarschrift stelde de heer Van de Casteele voor om deze in-/uitrit licht te wijzigen en die zuidelijker te voorzien, waardoor deze op de grens met zone 23 van het BPA kwam te liggen. Dat is een zone die bestemd is als openbaar groen in functie van een bastion uit een oude vestigingsgordel. Dat was het argument van het college om niet op het voorstel in te gaan. De Vlaamse overheid heeft dit advies gevolgd in haar vergunning.”

(MDW)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier