In het nummer 326 van De Legerbode van 5 oktober 1916 maakt aalmoezenier Van Hoenackere reclame voor zijn soldatenheerd ‘Foyer du Soldat Belge de Lourdes’.
Want: “Lourdes en de Pyreneeën kunnen gemakkelijk onze strijders voor een deel aftrekken van het verderf van Parijs.“. Nogal wat soldaten liepen tijdens hun verlof een of andere venerische ziekte op. Noch de legerleiding, noch de kerk waren hiermee gediend.
Jozef Louw uit Brielen bij Ieper is broeder-brancardier en hij gaat er op verlof. Voor zijn vertrek schrijft hij: “Daags te voren nog eens een ferme klopjacht gehouden en nog eens flink gespoeld, gekuist en geschoren”. Die klopjacht is er een op luizen.
Geschat wordt dat ongeveer 45.000 Belgische soldaten er tijdens de oorlog naar toe trekken. Het soldatenheem is toegankelijk voor alle Belgische militairen met ‘permissie’, ongeacht rang of stand.
De Groote Oorlog Dag op Dag
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier