Vlaamse laurier krijgt Europees streeklabel

De Vlaamse laurier is een blikvanger in de tuin. © vlam
Redactie KW

De Vlaamse laurier heeft woensdag een Europese erkenning gekregen als “beschermde geografische aanduiding”. Hij wordt o.a. gekweekt in de regio rond Tielt, Brugge en Roeselare.

Dankzij de erkenning is de benaming “Vlaamse laurier” beschermd, zowel in binnen- als buitenland. Enkel producten uit een bepaalde regio die aan een reeks eisen voldoen, mogen de benaming dragen. Het gaat om “een perfect gesnoeide laurierboom met gave stam en mooie groene bladeren die minstens 5 jaar oud is en in een pot groeit”.

De Vlaamse laurier is een traditie van minstens vijf eeuwen oud. Momenteel zijn er in Vlaanderen nog elf siertelers die laurier telen, in de arrondissementen Brugge, Gent, Eeklo, Roeselare en Tielt. Zij brengen jaarlijks 105.000 laurierplanten op de markt, waarvan 90 procent wordt geëxporteerd, voornamelijk naar Rusland, het Verenigd Koninkrijk en de olielanden.

Niet eetbaar

De Vlaamse laurier is na de Gentse azalea in 2010 en een Hongaarse roos in 2012 het derde niet-eetbare product dat een Europese erkenning op zak heeft.

Het is ook het achtste product in Vlaanderen dat een Europese erkenning als beschermde benaming ontvangt. De andere zijn: Brussels grondwitloof, Vlaams-Brabantse tafeldruif, Geraardsbergse mattentaarten, Poperingse hopscheuten, Gentse azalea, Liers Vlaaike en Potjesvlees uit de Westhoek.

De Vlaamse Laurier Vereniging, die de erkenningsaanvraag indiende, viert net dit jaar haar 20-jarige jubileum.

(belga)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier