“Van tv’s tot wasmachines”

Piet Monsy achter de balie van het postpunt in zijn Sparwinkel: "Vandaag kwamen er zelfs halters toe." (Foto TOGH)
Tom Gheeraert
Tom Gheeraert Medewerker KW

In dorpen waar er geen postkantoor meer is, zijn het dikwijls de winkels van Spar die dienst doen als postpunt. Dat is ook het geval in Vlamertinge, waar Piet Monsy en Claire Desmet zich een achttal jaar geleden tot postbedienden ontpopten. “Sindsdien stijgt het aantal pakjes jaarlijks met een veelvoud”, vertelt Piet.

Deze reportage maakt deel uit van ons ‘Dossier December Pakjesmaand‘.

Piet (56) en Claire (54) begonnen in 1985 met de buurtwinkel Primo in de Montmorencystraat in Vlamertinge. Ondertussen is het winkeltje van weleer een vestiging van Spar geworden. Net zoals vele andere Sparwinkels werd ook de supermarkt van Piet en Claire een postpunt. “Dat moet acht of negen jaar geleden geweest zijn, op het moment dat Bpost zijn kantoor sloot in Vlamertinge”, vertelt Piet. “Toen zijn ze beginnen uitkijken naar andere locaties. De keten Spar had al een contract met de Post. Er waren elders al Sparwinkels die dat deden.”

Piet en Claire hapten toe en hun winkel kreeg een postpunt. “Wij wilden vooral extra dienstverlening geven aan onze klanten”, vervolgt Piet. “De mensen in Vlamertinge vonden het niet fijn dat alles verdween uit het dorp. Mocht er geen postpunt zijn bij ons, dan zou men al naar Ieper of Poperinge moeten gaan om postzaken te regelen. Vooral voor oudere mensen is dat niet evident.”

Dertig per dag

Ondertussen is het postpunt al goed ingeburgerd in Vlamertinge, maar voor Piet en Claire betekende het ook steeds meer werk. “Het aantal pakjes is enorm gestegen en dan vooral tijdens de eindejaarsperiode”, vertelt Piet. “Terwijl er vroeger misschien tien pakjes binnenkwamen in de maand december, zijn dat er nu een veelvoud ervan. Dezer dagen krijgen we dagelijks dertig pakjes of meer binnen per dag. Het hangt ook af van hoeveel mensen de postbodes thuis vinden als ze de pakjes ronddragen. Gisteren (dinsdag, red.) hebben de postbodes bijvoorbeeld niet allemaal hun ronde kunnen doen door de sneeuw, dus we verwachten morgen (donderdag, red.) een toevloed aan pakjes. Als het er te veel of te grote zijn, kan dat wel voor problemen zorgen voor ons, want je moet al die pakketten kunnen stockeren. Al hebben we tot nu toe voor alles al een plekje kunnen vinden.”

“Mensen die een pakje ophalen maken van de gelegenheid gebruik om boodschappen te doen”

De pakjes komen in alle maten en gewichten. “Dat gaat van hele kleine pakjes tot pakketten waar een mens in kan”, grijnst Piet. “Je kan het zo gek niet bedenken: kleurentelevisies, wasmachines, printers… Vandaag kwamen er twee halters voor gewichtheffers toe. Ik kan je verzekeren dat je de mouwen mag oprollen als je ze wilt verplaatsen. Ieder jaar stellen we vast dat het aantal pakjes weer exponentieel gegroeid is. En dat terwijl het aantal brieven steeds daalt. Mensen sturen eerder een e-mail dan dat ze een brief zullen schrijven.”

Verantwoordelijkheid

Postpunt zijn heeft voordelen, maar ook nadelen voor Piet en Claire. “Het voordeel is dat de mensen die een pakje komen ophalen in de winkel komen en van de gelegenheid gebruik maken om boodschappen te doen. Ik denk dat er al veel mensen de winkel hebben leren kennen dankzij het postpunt. We krijgen er ook wel een vergoeding voor, maar niet in die mate dat je een extra personeelslid zou kunnen aanwerven om maar het postpunt te bemannen. Voor ons vergt het dus een deel van onze tijd. Bovendien is het een grote verantwoordelijkheid. Alles moet in orde zijn. Gelukkig hebben we nog nooit iets verloren.”