De Stoel: Lutgarde Van Hecke staat ondanks haar 85 lentes nog steeds in haar hoedenwinkel

Redactie KW

Lutgarde Van Hecke werd vorige week dinsdag 85 jaar, maar staat nog steeds achter de toonbank van haar hoedenwinkel in de Katelijnestraat. “Zolang mijn geest het toelaat en ik te been ben, ga ik ermee door.”

Een kleine eeuw geleden startten Jan Janssen en zijn echtgenote Emma Demeyer met een hoedenzaak in de Katelijnestraat. Ze verkochten er niet enkel hoeden, maar Jan maakte er zelf ook op maat. Bijna 62 jaar. Op 1 januari 1947 nam zijn zoon Julien het heft in handen. Samen met zijn wederhelft Lutgardis, zeg maar Lutgarde, Van Hecke. Over een kleine twee maanden staat ze dus liefst… 62 jaar in de winkel. Ongetwijfeld een record in (Groot-)Brugge.

“De naoorlogse jaren waren erg moeilijk. Het was toen quasi onmogelijk om bij fabrikanten aan marchandise te geraken om zelf hoeden te maken”, herinnert Lutgarde zich. “Er was ook erg veel concurrentie. Veel meer mensen droegen toen hoeden en petten. In Brugge alleen al had je acht winkels, maar gaandeweg zijn ze allemaal weggevallen. Vandaag ben ik de enige uitbaatster van een hoedenwinkel in Brugge. In andere steden zijn ze niet rijker bedeeld : in Gent en Dendermonde vind je ook nog hoedenwinkels en je hebt natuurlijk Christophe Coppens, de uitgeweken Bruggeling die furore maakt in Brussel en daarbuiten.”

“Je hebt natuurlijk ook in onze stad boetieks die hoeden en petten verkopen, maar hun assortiment is meestal erg beperkt. Bij mij tref je een veel groter aanbod aan.”

Hoe verklaart u de achteruitgang die zich sinds de Tweede Wereldoorlog voltrokken heeft ?

Lutgarde Van Hecke : “De klimaatverandering heeft onze markt helemaal door elkaar gehaald. Door de warmere winters zijn mensen minder geneigd om hoeden en petten te dragen. Een hoofddeksel hoeft niet meer zo nodig. Daarom hebben we in de loop der jaren ons assortiment uitgebreid met paraplu’s, pullovers, hemden, cravatten en dassen. Vooral in de jaren ’90 hebben we een sterke terugloop van het aantal hoeden gekend, maar de jongste jaren zijn we uit dat dal geklommen.”

Welke hoeden liggen vandaag nog goed in de markt ?

Lutgarde Van Hecke : “De klassiekers, die al decennialang meegaan : de Stetson, die uit de Verenigde Staten komt, de Italiaanse Borsalino en de Wegener uit Duitsland. Voor een Stetson betaal je zo’n 90 euro, een Borsalino kost al gauw 175 euro en bij Wegener heb je de keuze uit een goedkoper (58 euro) en duurder (92 euro) model. Ook de Guerra, die

eveneens uit Italië komt, gaat hier over de toonbank : 50 euro voor een klein model en 90 euro voor een groot model.”

“Met de ruime belangstelling voor tennis de voorbije jaren op televisie, was er ook een revival van de strooien hoed.

Die werd door vele toeschouwers gedragen op belangrijke tornooien. Ook de koetsiers die met een strooien hoed door de

binnenstad rijden, hadden een positieve invloed op de verkoop.”

Uw winkel ligt op één van de centrale assen van de zogenaamde Gouden Driehoek. Pikt uw een graantje mee van de

toeristendrommen ?

Lutgarde Van Hecke : “Zeker weten. Het leeuwendeel van mijn klanten zijn mensen uit Brugge en de brede regio, vooral

Knokke-Heist, Oostende en de kust, maar ook mensen uit binnen- en buitenland komen hier over de vloer. Ik heb zelfs

klanten uit Engeland, die een jaar na hun aankoop nog eens binnenspringen, om goedendag te zeggen.”

“De grootste criticasters zijn ongetwijfeld de Nederlanders. Daar kan je moeilijk goed voor doen. Japanners zijn

grappig. Zo kwamen ze eens in mijn winkel en begonnen spontaan foto’s te nemen van bijzondere hoofddeksels : kepies van

een stationschef, een politieagent, een bosbeheerder, iemand die bij de marines dient, maar ook carnavalshoeden en

potskes van majorettes.”

“Mijn man heeft jarenlang ook de potjes voor de Speelschaar, de muziekgroep van de Frères, gemaakt. Hij rekende enkel de

kosten aan, niet zijn werkuren. Omdat hij sympathie voor hen had. Hij heeft ook nog bij de Frères school gelopen.”

Opvallend : u drijft een van de weinige handelszaken in Brugge die zeven op zeven open is.

Lutgarde Van Hecke : “Zolang mijn geest het toelaat en ik te been ben, ga ik ermee door. Ik wil de traditie die mijn

schoonvader opgestart heeft blijven doorzetten, ook al omdat ik graag met mensen in contact kom. Het zou jammer zijn

mocht ook de laatste hoedenwinkel van Brugge verdwijnen.”

(SVV)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier