Wetsdokter : “Geert Vanweehaeghe had rolstoel helemaal niet nodig”

"Ik ben niet verbaasd dat hij al lang niet meer in een rolstoel zit", aldus de wetsdokter © BELGA
Redactie KW

Op het assisenproces over de moord op Caroline Vyncke (42) heeft een wetsdokter woensdag bevestigd dat Geert Vanweehaeghe (37) helemaal geen rolstoel nodig had.

Nochtans bewoog de beschuldigde zich in de maanden voor de feiten in februari 2011 steevast voort in een rolstoel.

Dokter Lieven Wostyn onderzocht Vanweehaeghe kort na de feiten. “Toen hij moest wandelen, klampte hij zich overal krampachtig aan vast. Die man was op dat ogenblik zijn rolstoelgebondenheid aan het simuleren. Ik ben niet verbaasd dat hij al lang niet meer in een rolstoel zit.” Daarnaast vond de wetsdokter bij Vanweehaeghe enkele kleine verwondingen aan zijn handen. “Die wondjes waren twee à drie dagen oud. Dat moet door iets scherps ontstaan zijn.” De beschuldigde zelf beweert dat hij zich verwondde bij het poetsen van keitjes.

De verdediging van Vanweehaeghe stelde een doctoraatstudent aan die onderzoek doet naar het verhoor van kwetsbare personen. “Hoe je het ook draait of keert, je moet rekening houden met het feit dat het hier gaat om een kwetsbare verdachte”, aldus Michaël Meysman. Volgens de getuige was er op enkele momenten in het onderzoek sprake van dwang. “Het viel mij op dat tijdens de wedersamenstelling een dialoog ontstaat met de wetsdokter en de onderzoeksrechter. Met suggestieve taal brengen ze hem ertoe verklaringen af te leggen.” Het bewuste gesprek is helemaal opgenomen. De jury vroeg al om deze opname te kunnen beluisteren.

Ook al komen er achteraf nieuwe feiten aan het licht, dat idee heeft dan toch postgevat in de hoofden van de speurders

De onderzoeker van de UGent legde uit dat al dan niet correcte bekentenissen het verloop van het onderzoek serieus beïnvloeden. “Ook al komen er achteraf nieuwe feiten aan het licht, dat idee heeft dan toch postgevat in de hoofden van de speurders.”

Bij verschillende verhoren was geen raadsman van Geert Vanweehaeghe aanwezig. “Er moet minstens een vertrouwenspersoon aanwezig zijn, dat de verdachte zich op zijn gemak voelt. De Salduz-wet moet in het bijzonder toegepast worden bij mensen die als kwetsbare personen worden beschouwd.” De getuige stelt zich daarom vragen bij de rechtsgeldigheid van die verhoren. “Het werpt wat mij betreft alleszins een grote schaduw op de waarachtigheid van het bewijs”, aldus Meysman.

De burgerlijke partij ging in de tegenaanval door op te merken dat een medewerker van zijn promotor tevens werkt op hetzelfde kantoor als meester Frank Scheerlinck, raadsman van Vanweehaeghe. “Dat is een suggestieve vraag, en ik heb dat niet graag”, reageerde voorzitter Koen Defoort. De voorzitter liet trouwens nog een gelijkaardig artikel over het onderwerp aan het dossier voegen.

De politie van de zone Grensleie was eerder al negen keer moeten tussenkomen voor problemen tussen Vanweehaeghe en Caroline Vyncke. “We wisten van relationele en financiële problemen, maar van slagen was geen sprake”, aldus Olivier Vandevoorde. De beschuldigde werd ook gecolloqueerd nadat hij dreigde onder een trein te springen. “Hij had heel grote stemmingswisselingen. Die keer was hij heel agressief, er kwam zelfs schuim op zijn lippen. Dat was blijkbaar een relatie die niet kon functioneren. Mevrouw Vyncke wilde hem al langer verlaten.”

(BELGA)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier