West-Vlaamse politie start met eigen cyberleger

© Getty Images/iStockphoto
Laurens Kindt

De politie in onze provincie bindt de strijd aan met cybercrime. Bijna alle lokale politiezones investeren dit najaar in een heuse ‘Computer Crime Unit’. “Zowat elke vorm van criminaliteit, van diefstallen over drugs tot afpersing, heeft een link met de wereld van computers en het internet”, klinkt het. “Bij de Federale Computer Crime Unit duurt het soms zes maanden voor we resultaat krijgen. Dat is te lang. En dus doen we het voortaan zelf.”

Deze reportage maakt deel uit van ons Dossier Cybercriminaliteit.

Uit een rondvraag van onze redactie blijkt dat zowat elke politiezone in West-Vlaanderen volop bezig is met het uitbouwen van een Lokale Computer Crime Unit (LCCU). Slechts drie van de negentien politiezones (Blankenberge/Zuienkerke, Bredene/De Haan en Kouter) hebben nog geen computerspecialisten en zijn voorlopig ook niet van plan om die op te leiden. Alle andere wel. En dat is hoognodig, zo blijkt. “Als je vroeger een computer in beslag nam en de harde schijf wou uitlezen, moest je die naar de mensen van de Federale Computer Crime Unit (FCCU) in Brussel sturen. Na een kleine maand had je al resultaat. Nu duurt het soms zes maanden voor zo’n computer terugkeert”, legt hoofdcommissaris Devid Camerlynck uit.

Kosten delen

De chef van politiezone Spoorkin – qua bezetting de kleinste politiezone van West-Vlaanderen – wil ook in zijn zone een Computer Crime Unit uitbouwen. “Wij gaan geen eenheid oprichten die zich met futuristische dingen bezighoudt, met bitcoins (een virtuele munt, red.) of hacken. Dat blijft een taak van de federale. Het gaat hier om zaken zoals stalking via smartphone of een onrustwekkende verdwijning waarbij informatie op Facebook of WhatsApp belangrijk kan zijn. Onze unit moet ook in staat zijn om de smartphone en computer van een drugsdealer uit te lezen”, zegt zonechef Camerlynck.

Bij steeds meer vormen van criminaliteit spelen de computer, het internet en de smartphone een cruciale rol en dus worden de Computer Crime Units van de federale politie overbevraagd. Zij richten zich voornamelijk op de heel zware feiten, soms met internationale vertakkingen. De lokale zones kunnen dan focussen op de huis-, tuin- en keukencriminaliteit. “Daardoor zal de wachttijd korter worden en kunnen we, na inbeslagname en uitlezing van de computer, veel sneller voortdoen met ons onderzoek”, zegt hoofdinspecteur Nick Trigaut van politiezone Midow.

Zijn zone wil samen met de collega’s van de politiezones Regio Tielt en Het Houtsche een Computer Crime Unit (CCU) oprichten. “We moeten hoe langer hoe meer bewijzen op tafel leggen”, aldus hoofdinspecteur Trigaut. “Alles wordt geautomatiseerd. En dus moeten we mee. Wij zijn echter maar een kleine zone en zo’n CCU is een serieuze investering, in manschappen én materiaal.”

“IT’ers aantrekken is moeilijk als je weet wat ze kunnen verdienen in de privésector”

Alleen al aan materiaal en licenties kost dat al snel 15.000 euro per inspecteur. “Een samenwerking is een win-win. Twee mensen per zone zullen vanaf midden november een opleiding volgen”, klinkt het. Ook bij politiezones MIRA en Gavers zal er samengewerkt worden om de kosten voor de oprichting van een CCU te delen.

Niet voor burgers

Wie denkt dat de strijd tegen cybercriminaliteit gewonnen wordt met een goeie computer en een snelle internetverbinding, heeft het mis. Nick Trigaut: “Het is mensenwerk, specialistenwerk zelfs. Het zou beter zijn om geschoolde IT’ers in te lijven bij de politie, maar als je ziet wat die mensen in de privésector verdienen en je vergelijkt dat met wat een politieman- of vrouw krijgt, begrijp je dat het niet eenvoudig is om die mensen binnen te halen. Ze als burger laten werken bij de politie gaat ook niet, want burgers mogen geen onderzoeken voeren. Het moeten politie-ambtenaren worden, een opleiding van minstens 18 maanden. En dus kunnen we niet anders dan onze eigen mensen een goeie opleiding geven.”

Pionier van die opleiding bij de West-Vlaamse Politieschool is hoofdinspecteur Francis Nolf van de politiezone Grensleie. “Ik werk sinds 2001 bij de Computer Crime Unit van de politie”, zegt hij. “Eerst bij de federale, daarna verhuisde ik naar de lokale politie om de CCU van de zone uit te bouwen. Nog een aantal collega’s van de federale politie maakten die overstap, onder andere naar Roeselare en Kortrijk. Op basis van onze ervaring stelden we – Anthony Hoornaert (RIHO), Youri Vanndaele (Vlas), Hitoshi Soete, Geert Delbeke (Regionale Computer Crime Unit) en ikzelf – een cursus samen en startten we een opleiding. De eerste lichting van acht mensen is ondertussen afgestudeerd.”

Op les in West-Vlaanderen

De opleiding wordt met argusogen gevolgd door andere politiescholen. “In Oost-Vlaanderen en Limburg tonen ze interesse in onze cursus”, legt Francis Nolf uit. “Door een gebrek aan middelen liggen alle opleidingen van de Federale Computer Crime Unit al sinds 2014 stil. Die mensen komen nu naar de West-Vlaamse politieschool om bij te leren. De omgekeerde wereld.”

Volgens West-Vlaams gouverneur Carl Decaluwé is het dringend tijd dat de lokale politie werk maakt van de strijd tegen cybercrime. “Alle vormen van criminaliteit dalen, behalve cybercriminaliteit. In onze KMO-provincie, waar heel wat bedrijven het slachtoffer worden van hackers, is dat heel erg. Ik pleit ervoor dat de knapste koppen samengebracht worden op provinciaal niveau. Dan pas zullen we iets betekenen.”

“Maar wie zal dat betalen?” kaatsen de politiezones de bal terug.

Frederik Serruys, provinciaal directeur van Unizo, bevestigt evenwel de stelling van Decaluwé. “Veel bedrijven merken dat er gepoogd wordt om in hun informaticasystemen in te breken. Sommigen zijn al effectief het slachtoffer geworden van hackers. We krijgen meer en meer vragen naar goeie beveiliging want het gaat hier om doelgerichte aanvallen tegen de servers van bedrijven of zelfs het blokkeren van hun website. De hackers beloven wel om alles terug in orde te maken als het ‘losgeld’ betaald wordt, maar dat gebeurt nauwelijks.”