Drie Tsjetsjeense Oostendenaars hebben zich voor de Brugse correctionele rechtbank moeten verantwoorden voor het verhandelen van vier alarmpistolen. De wapens moesten naar Oostenrijk verstuurd worden, maar werden onderschept door de douane. Het parket vorderde strenge effectieve gevangenisstraffen.
Het bewuste pakketje werd op 2 februari 2015 door Ruslan A. afgegeven in een krantenwinkel in Oostende. Op 5 februari werd de aangetekende zending in Zaventem onderschept door de douane. Ruslan A. en zijn vrouw beweren dat ze de zending deden in opdracht van Bachir O., die verstek liet gaan voor het proces. Het openbaar ministerie merkte op dat de alarmpistolen konden omgebouwd worden tot echte vuurwapens. Bovendien behoren de beklaagden tot de kennissenkring van Ruslan D. Dat is één van de hoofdverdachten in een onderzoek naar ronselaars van Syriëstrijders in Oostende.
Tot vuurwapen om te bouwen
Ruslan A. wist dat hij alarmpistolen naar Oostenrijk verstuurde. “Maar hij wist niet waarom en had ook sowieso geen idee dat die pistolen mogelijk tot vuurwapen konden omgebouwd worden”, aldus zijn advocaat Terence Halsberghe. De verdediging vroeg opschorting van straf. “Dat terreurdossier doet trouwens helemaal niets ter zake, hij is daar zelfs nooit in genoemd.” De echtgenote van A. vroeg de vrijspraak. Zij zou bij het versturen van het pakket de nodige gegevens ingevuld hebben, omdat haar partner het Nederlands minder goed beheerst.
De rechter doet uitspraak op 25 oktober.
(Belga)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier