Somalische piratenkoning wellicht in beroep tegen vonnis van Brugse correctionele rechtbank

© BELGA
Redactie KW

De rechtbank van Brugge heeft Mohamed Abdi Hassan (58) tot 20 jaar celstraf veroordeeld voor de kaping van de Pompei. De Somalische piratenkoning had bij verstek ook al de maximumstraf gekregen, maar hij tekende verzet aan tegen dat vonnis. Wellicht zal de verdediging nu dus ook beroep aantekenen tegen het vonnis.

Op 18 april 2009 werd de Belgische steenstorter Pompei in de Indische Oceaan overvallen door Somalische piraten. Tien bemanningsleden werden ruim 70 dagen lang gegijzeld. Uiteindelijk werd aan de kapers ongeveer 2 miljoen euro losgeld betaald.

Ontkenning

Mohamed Abdi Hassan, bijgenaamd Afweyne, wordt door de onderzoekers gezien als de organisator van de kaping. In oktober 2013 werd hij met een fictief filmproject naar ons land gelokt. Op dat moment werd ook tussenpersoon Mohamed Moalin-Aden (44) opgepakt.

Tot op vandaag ontkent Mohamed Abdi Hassan dat hij betrokken is bij kapingen. Meer zelfs, ‘Afweyne’ houdt vol dat hij altijd tegen piraterij heeft gestreden. “Mijn cliënt zegt inderdaad dat hij met de feiten niks te maken heeft. Ik zal met hem het vonnis bespreken en dan beslissen of we al dan niet in beroep gaan. Hij is natuurlijk tot de maximumstraf veroordeeld, een beroepsprocedure houdt dus weinig risico’s in”, aldus mr. Walter Damen.

Grote baas

De Somalische piratenkoning beweerde dat hij tijdens de kaping van de Pompei in Kenia verbleef. Hij legde een paspoort voor om die stelling te bewijzen. De rechtbank is van oordeel dat de visastempels in het paspoort vals zijn. Bij de Keniaanse administratie is alleszins geen spoor van zijn verblijf. De bemanning van de Pompei herkende ‘Afweyne’ bovendien als de man die aan boord kwam bij de verdeling van het losgeld. Op een kopje koffie werd het DNA van de beklaagde aangetroffen.

Ook over zijn leidersrol binnen de criminele organisatie bestond volgens de rechtbank geen enkele twijfel. Uit getuigenverklaringen blijkt dat de piraten opkeken naar hun grote baas. Ze mochten het woord niet tot hem richten en durfden hem amper aankijken.

(Belga – Foto Belga)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier