Op het assisenproces in Brugge heeft openbare aanklager Tom Janssens zopas in zijn requisitoir gevraagd om Mesut en Hasan Uçar (35) schuldig te bevinden aan moord op de broers Ugur en Süleyman Aygün in Meulebeke op 18 september 2010. Voor de Kortrijkse raadkamer vroeg Janssens vroeger nochtans de buitenvervolgingstelling van Hasan Uçar.
Procureur-generaal Tom Janssens hekelde de vele leugens van de twee beschuldigden. “Hallo meneer de uil, waar breng je ons naartoe, naar Fabeltjesland,” zong de openbare aanklager bij de start van het requisitoir. Tom Janssens noemde de beschuldigden te laf om de waarheid te zeggen. “De ene weet het niet meer. Hij kan, of beter wil, het zich niet meer herinneren. En de andere was er niet eens bij. Naar dat fabeltje hebben jullie tien dagen lang geluisterd.”
Hakmes
Voor de openbare aanklager is het uitgesloten dat Mesut Uçar door de slachtoffers werd aangevallen met een hakmes. “Hij had wel zelf een hakmes en werd verwond aan zijn vinger toen ze het van hem afpakten.” Op dat moment besliste Mesut Uçar om naar zijn pistool te grijpen. Hij richtte onmiddellijk op manshoogte en schoot Ugur in de buik. “Hij bleef maar schieten. Mesut Uçar moest herladen en zijn buur probeerde hem nog tegen te houden. Toch diende hij het genadeschot toe.”
Tommeke, Tommeke
Openbaar aanklager Tom Janssens gaf ootmoedig toe dat hij voor de raadkamer van Kortrijk vroeg om Hasan Uçar niet te vervolgen. “Maar de rechter zei: Tom, ge zijt mis. En ook de procureur-generaal in Gent zei dat. De drie raadsheren van de kamer in beschuldigingstelling zeiden zelfs: Tommeke, Tommeke, wat hebt ge nu gedaan?”
Twistappel
Ondertussen is Tom Janssens overtuigd van de rol van Hasan Uçar. Zo was hij de twistappel tussen beide families. Verder wisten objectieve getuigen te vertellen dat hij wel degelijk aanwezig was op de plaats van de feiten. Zijn DNA zit ook zo goed als zeker op het moordwapen. “Wie gelooft die man nog?”, herhaalde Janssens enkele keren. “Als ze de waarheid spreken, waarom hebben ze dan de leugendetectortest geweigerd?”
Wettige zelfverdediging?
In het requisitoir anticipeerde de openbaar aanklager al kort op de argumenten van de verdediging. “Er is taalkundige uitlokking, maar er waren geen zware gewelddaden tegen persoon van Mesut Uçar. Er kan geen sprake zijn van weerstaanbare dwang of wettige zelfverdediging.”
De advocaten Vincent Andries en Kris Luyckx pleiten voor Mesut Uçar.
(JPT/Belga)
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier