Monsterboetes voor bedrijven in Torhout, Wingene en Beernem voor sociale dumping

© Getty Images/iStockphoto
Redactie KW

Twee zaakvoerders van een bedrijf uit Torhout en de zaakvoerder van een Bulgaarse onderneming zijn veroordeeld tot een effectieve gevangenisstraf van zes maanden voor sociale dumping in de transportsector.

In totaal moeten de betrokkenen ook bijna 300.000 euro boete betalen.

Twee zaakvoerders van een bedrijf uit Torhout en de zaakvoerder van een Bulgaarse onderneming zijn veroordeeld tot een effectieve gevangenisstraf van zes maanden voor sociale dumping in de transportsector. In totaal moeten de betrokkenen ook bijna 300.000 euro boete betalen.

In maart 2015 werd in Beernem een grote controle uitgevoerd op de terreinen van de bewuste bedrijven. Het bedrijf van Levent A. (43) uit Lokeren voerde immers enkel transporten uit voor Roger (80) en Frederik F. (37). “Van een echte link met Bulgarije is geen sprake. Die zeven Bulgaarse chauffeurs krijgen hier hun opdrachten en vertrekken van hieruit“, aldus arbeidsauditeur Filiep De Ketelaere. De maatschappelijke zetel in Bulgarije is eigenlijk gewoon het huis van een chauffeur.

Het verschil met de Bulgaarse wetgeving is er nu eenmaal, maar dat is absoluut geen bedrog

De verdediging benadrukte dat van sociale dumping geen sprake is en vroeg tevergeefs de vrijspraak. “Iedereen werd al sinds 2000 correct betaald. Het verschil met de Bulgaarse wetgeving is er nu eenmaal, maar dat is absoluut geen bedrog”, aldus meester Geert Ampe. Volgens de advocaten waren de zeven Bulgaarse chauffeurs zelf geen vragende partij om rechtstreeks voor een Belgisch bedrijf te werken.

In het vonnis stelde de rechter vast dat alle activiteiten vanuit Beernem gebeurden. Zo werd er getankt bij de pomp van F. en waren de vrachtwagens nog eigendom van dat bedrijf. Het Bulgaarse bedrijf werd omschreven als een brievenbusfirma, zonder echte activiteiten. Volgens de rechter heeft de realiteit op de werkvloer ook in dit geval dus voorrang op de werkelijkheid op papier. “De nationale rechter moet steeds de geattesteerde werkelijkheid naast zich neer kunnen leggen als er duidelijk sprake is van frauduleuze intenties en die geattesteerde werkelijkheid niet strookt met de realiteit op de werkvloer”, klinkt het in de motivatie.

Volgens het arbeidsauditoraat werden de Belgische minimumlonen dus niet gerespecteerd. Daarom werd een verbeurdverklaring van ruim 200.000 euro geëist. De rechter herleidde dit bedrag naar 90.000 euro, omdat de werknemers bovenop op hun loon dagvergoedingen kregen om hun periode in het buitenland te compenseren.

Levent A., Federik F. en Roger F. werden tot zes maanden effectieve celstraf en een geldboete van 25.200 euro veroordeeld. De bedrijven moeten elk 126.000 euro boete betalen.

Nog twee firma’s

Ook twee andere West-Vlaamse transportfirma’s en hun zaakvoerders zijn door de Brugse correctionele rechtbank veroordeeld voor een reeks inbreuken op de sociale strafwet. De zaakvoerder van een bedrijf uit Wingene kreeg zelfs zes maanden effectieve gevangenisstraf.

De arbeidsauditeur omschreef de dossiers als voorbeelden van sociale dumping in de transportsector. Een transportbedrijf uit Beernem maakte volgens het OM gebruik van postbusbedrijven in Slovakije en Luxemburg. “In werkelijkheid stonden die tien Roemeense chauffeurs altijd ter beschikking van de Belgische opdrachtgever. Op dat adres in Slovakije betaalde men alleen maar iemand om de post op te halen en de mails door te sturen. Op dat adres in Luxemburg staat gewoon een bungalow, geen transportfirma.” Zaakvoerder Daniel V. (60) werd veroordeeld zes maanden voorwaardelijke celstraf en een geldboete van 36.000 euro, waarvan de helft met uitstel. Zijn bedrijf kreeg een boete van 180.000 euro opgelegd, waarvan 45.000 euro effectief.

Als transporteur mag ik zoals elke ondernemer in het buitenland een firma beginnen, maar tegenwoordig zitten we in een kruistochtsfeer

Voor een transportbedrijf uit Wingene werkten 17 Roemeense chauffeurs, die eigenlijk ingeschreven waren bij een Roemeense firma. Volgens het arbeidsauditoraat gaat het om fictieve detachering om de RSZ te ontlopen. In het bedrijf in Roemenië was geen enkele activiteit. Alle opdrachten verliepen vanuit de dispatch in Tielt. De Belgische bedrijfsleider betaalde zelfs de boetes van de chauffeurs van het Roemeense bedrijf. Nico D. (45) werd veroordeeld tot zes maanden effectieve celstraf en 61.200 euro boete, waarvan de helft met uitstel. Voor zijn transportfirma werd 306.000 euro boete uitgesproken, waarvan 76.500 euro effectief.

Tijdens de pleidooien vroeg de verdediging in beide dossiers de vrijspraak. “Als transporteur mag ik zoals elke ondernemer in het buitenland een firma beginnen, maar tegenwoordig zitten we in een kruistochtsfeer”, aldus meester Frederik Vandenbogaerde. Volgens de rechter heeft de realiteit op de werkvloer echter ook in dit geval voorrang op de werkelijkheid op papier. “De nationale rechter moet steeds de geattesteerde werkelijkheid naast zich neer kunnen leggen als er duidelijk sprake is van frauduleuze intenties en die geattesteerde werkelijkheid niet strookt met de realiteit op de werkvloer”, klinkt het in de motivatie.

(BELGA)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier