Bredense ronselaar voor Syriëstrijders riskeert 8 jaar effectieve celstraf

Redactie KW

Onder scherpe veiligheidsmaatregelen zijn in de Brugse rechtbank de pleidooien aan de gang in het proces tegen dertien Tsjetsjenen die ervan verdacht worden Syriëstrijders te hebben geronseld in Oostende.

Drie van hen hebben volgens het federaal parket ook effectief in Syrië gevochten. “Daar zijn tal van bewijzen voor”, stelde federaal procureur Jan Kerkhofs. “De rest voerde tal van hand- en spandiensten voor de strijders uit en zamelde ook geld voor hen in tijdens barbecue-feestjes. Ze stuurden geld en pakketjes met materiaal op.”

Voor de vermeende leider van de bende, Chalil M. (46) uit Bredene, vroeg Kerkhofs acht jaar effectieve celstraf. De man met lange grijze haren en baard werd deze voormiddag onder begeleiding van speciale eenheden naar de rechtbank gebracht. “De beklaagde gold als de imam van het gezelschap. Hij was de man waar iedereen naar op opkeek”, stelde Jan Kerkhofs. “Uit zijn reisbewegingen bleek dat hij pendelde tussen België en het Syrische strijdgebied.”

Toen die een arbeidsongeval kreeg, streek de beklaagde een invaliditeitsuitkering van 1.200 euro per maand op. En dat terwijl hij in Syrië aan het vechten was

Voor medebeklaagde Ruslan D. (35), die niet naar zijn proces is afgekomen, vroeg Jan Kerkhofs eveneens acht jaar cel. De Oostendenaar zou zelf in Syrië gestreden hebben. “Toen hij begin 2013 vertrok liet hij zich op zijn werk vervangen door zijn broer”, stelde Kerkhofs. “Toen die een arbeidsongeval kreeg streek de beklaagde een invaliditeitsuitkering van 1.200 euro per maand op. En dat terwijl hij in Syrië aan het vechten was. Toen hij met een oogletsel terugkeerde naar Oostende, kreeg hij hier de beste zorgen in het UZ in Leuven. Dat hij ging vechten blijkt uit zijn reisbewegingen en de informatie die tijdens huiszoekingen werd verzameld. Zo hebben we een foto gevonden van zijn afscheidsfeestje, dat plaatsvond op zijn appartement in Oostende aan de vooravond van zijn vertrek. En na zijn terugkeer zijn we door afluisterapparatuur te weten gekomen dat de fine fleur van de Oostendse Salafistische gemeenschap bij hem over de vloer kwam en dat hij met hen mijmerde over zijn dagen in het strijdgebied.”

Voor medebeklaagde Khongr M. vroeg Kerkhofs vijf jaar effectief. Ook hij zou in Syrië gestreden en zelfs gesneuveld zijn. Maar dat laatste gelooft Kerkhofs niet. “Er is geen enkel bewijs van zijn dood. De strafvordering vervalt dus zeker niet.” Voor de vrouw van Khongr M. vroeg het OM 37 maanden cel. Voor de overige verdachten worden celstraffen tot vier jaar gevraagd. Het gerecht voerde op 8 juni vorig jaar een grote antiterreuractie uit over heel Vlaanderen gericht op het Tsjetsjeense milieu.

Onder meer in Oostende, Bredene en Jabbeke werden huiszoekingen verricht. In totaal dertien verdachten werden naar de strafrechter doorverwezen. Allen worden ze ervan verdacht deel te hebben genomen aan de activiteiten van een jihadistische organisatie die Syriëstrijders ronselde. Maandagnamiddag kwam ook de verdediging nog aan het woord.

(AF)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier