Het bloemencorso van Blankenberge wil werk maken van een aanvraag om Immaterieel Cultureel Erfgoed van UNESCO te worden.
Blankenberge doet dat samen met zeven Nederlandse en vijf andere Vlaamse steden. Een bloemencorso is een stoet van versierde wagens, waarin met bloemen rond een bepaald thema wordt gewerkt. Een traditie die vooral in de Lage Landen leeft.
Blankenberge is de laatste kuststad met een bloemencorso. De traditie gaat terug tot 1895. Met de optocht wordt de vakantieperiode afgesloten, een bedankje voor de toeristen zeg maar. Jan Vanquathem, regisseur bloemencorso Blankenberge: “Ik denk wel dat het een extra stimulans is voor de stad Blankenberge om er verder in te investeren. En het is ook een erkenning. Er waren vroeger massaal veel corso’s en in België zijn er maar enkele meer overgebleven. En om dat in de verf te zetten, denk ik dat het verdiend is om daar erfgoed van te maken.”
Niet vanzelfsprekend
De erkenning is evenwel nog niet voor morgen. Het samenstellen van een lijvig dossier alleen al kan jaren duren, dat weten ze ook bij de bloedprocessie in Brugge, dat het in 2009 tot Immaterieel Cultureel Erfgoed van UNESCO schopte. Benoit Kervyn, organisator Heilige Bloedprocessie: “Dat is niet zo vanzelfsprekend. Je moet eerst de steun krijgen van het land waarin het gebeuren plaatsvindt. In dit geval de Vlaamse Gemeenschap, die heeft het dossier goedgekeurd. En dan pas kun je aankloppen bij de UNESCO. Met veel geduld en doorzetting kom je er wel.”
Het bloemencorso in Blankenberge wordt dit jaar op 25 augustus georganiseerd. De stoet lokte vorig jaar zo’n 80.000 bezoekers.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier