De 52-jarige Pakistaan Dilshad Minhas is door het hof van assisen in Brugge veroordeeld tot twintig jaar voor doodslag en poging tot doodslag. Op 19 juni 2007 kwam het tot een ruzie tussen de veroordeelde en twee van zijn vrienden aan het Prinses Clementinaplein in Oostende, waarbij Minhas de twee tijdens een gevecht neerstak. Een van hen overleed later die dag aan zijn verwondingen.
Dilshad Minas woonde samen in een huis in Oostende met de twee slachtoffers, maar de verstandhouding was niet al te best. Op de dag van de feiten kwam het tot een ruzie over 230 euro en een gsm die Minhas terugwilde van zijn huisgenoot Ahmed Saeed (43). Dat mondde uit in de steekpartij. De beschuldigde had volgens getuigen in de arm en hartstreek van het slachtoffer Saeed gestoken. Abdul Rana (44), een andere huisgenoot, kwam tussenbeide en kreeg ook enkele messteken, maar overleefde zijn verwondingen.
Een getuige kon het mes uit de handen van Minhas halen. Volgens die getuige stapte de veroordeelde op Saeed af en trapte hem in het gezicht. Het slachtoffer overleed later in het ziekenhuis door een hevige bloeding aan zijn hart. De veroordeelde sprak steeds over een ongeluk: “Het was nooit mijn bedoeling, maar ik kan de feiten niet veranderen. Ik heb veel spijt, dat is alles wat ik kan zeggen.”
Gedurende het 4-dagenlange proces kwamen verschillende deskundigen en getuigen aan het woord. Volgens de onderzoeksrechter kon er geen sprake zijn van een ongeval gezien de verschillende verklaringen van de beklaagde en de feiten. De advocaten van de verdediging waren van mening dat het wel om een uit de hand gelopen ruzie ging, maar dat zowel de slachtoffers als de dader schuld hadden: “Minhas was gewoon de snelste in deze ruzie. Beiden hadden ze een mes op zak, dus was het ofwel hij ofwel Ahmed Saeed.” Het Openbaar Ministerie en de burgerlijke partij vonden de feiten ernstig genoeg en eisten daarom dat
de man zou berecht worden voor doodslag en poging tot doodslag. De verdediging weerlegde dat en vond dat het om een ongeluk ging en er dus sprake was van slagen en verwondingen met de dood tot gevolg. Daarop staat maximaal tien jaar gevangenisstraf. De jury volgde de redenering van het OM wat betekende dat de beklaagde een straf van minimaal 20 en maximaal 30 jaar riskeerde.
Voor het eerst in de rechtspraak voor het West-Vlaamse hof van assisen moest de jury het oordeel motiveren. De volksjury was in deze zaak van mening dat het wel degelijk om doodslag en poging tot doodslag ging omdat de beklaagde verschillende ernstige steekwonden had toegebracht aan beide slachtoffers. Bovendien vond de jury de trap in het gezicht die Minhas aan de op dat moment hulpeloze Saeed gaf bijzonder ernstig en bewees die de kwade bedoelingen van de beklaagde.
Meer over dit onderwerp? Kijk vanavond naar het journaal van FOCUS
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier