Stephan Vanden Auweele in Dubai: “Wie focust op de negatieve kanten, die gaat ten onder”
Stephan Vanden Auweele uit Blankenberge woont met echtgenote Els Wilms en hun twee kinderen Jef (16) en Joke (14) sinds drie jaar in Dubai. Voordien zag hij bij wijze van spreken al de helft van de wereld.
Stephan studeerde hotelmanagement in Brussel. Niet onlogisch, want ook zijn ouders hadden een hotel in Blankenberge. Hij verliet België in 1988, amper drie maanden nadat hij zijn toekomstige eega had leren kennen. Zijn leven was immers meer dan België en hij paste liever voor een ‘voorprogrammeerd’ leven.
Hij woonde achtereenvolgens in Luxemburg, Denemarken, Bangkok, Hong Kong, Korea, Vietnam, Portugal, de Canarische eilanden, Abu Dhabi en uiteindelijk dus in Dubai. Hun kindjes werden in Hanoi (Vietnam) en Portimao (Portugal). Stephan werkt als area general manager voor hotelgroep Starwood en is er verantwoordelijk voor zeven hotels.
Je hebt nu al zo veel landen gezien en op zo veel plaatsen gewoond, waar voelde je je het meeste in je sas?
“Overal heb ik graag gewoond en overal zou ik teruggaan. Elk land heeft zijn positieve en negatieve kanten. Focus en profiteer van de goeie kanten en leer leven met de ‘moeilijke’ kanten van de locatie. In elk land wonen miljoenen mensen, dus overleven kan geen probleem zijn… Je moet er het beste van maken en positief blijven en de positieve kanten zien. Als je dat niet doet en focust op de negatieve kanten, dan ga je ten onder.”
Je wordt telkens overgeplaatst naar hotels, elders in de wereld, ongetwijfeld vanwege je ervaring en kennis. Maar is het niet telkens ook een beetje van nul herbeginnen in een land met een andere cultuur, andere gewoontes, andere beleefdheidsvormen en dergelijke meer?
“Sociaal is het inderdaad iedere keer van nul beginnen en dat begint nu wel wat door te wegen. De laatste acht jaar zijn we in de Verenigde Arabische Emiraten – eerst in Abu Dhabi, nu in Dubai – en hebben we dezelfde vrienden. Veel verhuizen zoals vroeger zien we nu minder zitten, ook omdat de kinderen hier intussen ook hun eigen vrienden hebben. Maar als het werk ergens elders lonkt, dan moet het wel. Op dit ogenblik ziet het er naar uit dat we nog een paar jaar in Dubai blijven. We zien wel wat de toekomst brengt.”
Waar was het bijvoorbeeld het ‘moeilijkste’ werken?
“Zoals gezegd heeft elk land zijn geplogenheden en dat moet je zo vlug mogelijk onder de knie krijgen. Je moet die gebruiken niet drastisch proberen te veranderen, want dat lukt je toch niet. En dan ben je zelf de enige die erdoor gefrustreed raakt. Je hebt landen zoals Hong Kong of Dubai die heel westers werken, vergeleken met landen zoals Vietnam of Bangkok. Dat kan soms frustrerend zijn, als je voor jezelf hoge doelen stelt. Daarom moet je je verwachtingen aanpassen aan de omgeving. Je mag je natuurlijk niet te véél aanpassen aan de lokale cultuur, want dan word je als buitenlander waardeloos. We zijn hier vaak een soort ‘aandrijfveren’ voor de bedrijven, omdat ze onze kennis en werkervaring nodig hebben.”
Heb je het er niet lastig mee dat je telkens weer je biezen moet pakken? En wat vinden vrouw en kinderen daar van?
“Het sociale leven – vrienden, contacten, kennissen – is het moeilijkste. Dat vergt ook tijd. Je kunt niet bij iemand binnenstappen en vragen of ze vrienden willen worden. Daar gaat tijd over heen en beetje per beetje bouw je een kennissen- en vriendenkring op. Ik geef ons altijd zes tot acht maanden om ons te integreren.”
Hoe lang blijf je nu nog in Dubai? En weet je al wat je volgende bestemming zal worden?
“Ik wil minstens nog twee jaar in Dubai blijven voor de studies van onze zoon. Hij doet zijn laatste twee jaren humaniora – dat heet hier IB – en dat doe je best in dezelfde school.”
“Waarheen nadien? Dat hangt af van waar er openingen zijn in het bedrijf én of ik er zelf heen wil. We hebben geen voorkeur maar zoiets hangt ook af van je prioriteiten. Wij wonen nu best nog enkele jaren in een stad waar goeie scholen voorhanden zijn. Daarna kunnen resorts – die normaal iets meer afgelegen zijn – wel weer.”
Zie je jezelf dit leven nog lang volhouden of klinkt de lokroep van het zeetje in Blankenberge stilaan al wat luider?
“Ik kan dit leven nog wel verder doen, maar er komt een dag dat je je afvraagt of je leeft om te werken of omgekeerd. Liefst zou ik in de toekomst iets minder werken naarmate ik ouder word. Meer de ervaring laten renderen en raad geven in plaats van zelf te ondernemen.”
“Blankenberge: ik kom er nog ieder jaar met plezier, maar het staat nu nog niet op de agenda om er definitief terug te keren.”
Is het een stresserende job?
“Alles hangt af wat je stress noemt. Ik run 7 hotels, met 2.500 hotelkamers, en in totaal 3.000 personeelsleden. Ik werk zo’n 12 tot 14 uren per dag – en nog een beetje in het weekend – maar daarnaast sport ik ook tot bijna negen uren per week. Ik ga fietsen en neem vaak deel aan loopwedstrijden. Daarnaast ben ik ook nog vice-voorzitter van de Belgian Business Council in Dubai. Het komt er op neer om op tijd en stond te kunnen relaxeren. Stress is geen probleem, zolang je kunt onstressen en de stress je niet aftakelt. Iedereen heeft stress nodig… De manier waarop je omgaat met stress is belangrijker.”
Vind je een uitlaatklep in dat sporten?
“Inderdaad. Niet alleen ik ga vaak sporten, trouwens, maar ook mijn vrouw en kinderen. Zo hebben we ‘family time’ en brengen we die ook nog eens gezond door. Zonder actief te sporten zou ik dit ritme niet kunnen aanhouden. Als ik acht uur in een vergaderruimte gezeten heb, moet ik daarna een half uur kunnen gaan lopen of joggen.”
Van alle landen waar je al hebt verbleven: welke moet zeker eens een reisbestemming van onze lezers worden en waarom?
“Alle locaties waar ik gewoond en gewerkt heb, hebben op hun manier wel iets. Er is nergens een land dat ik niét zou aanbevelen. Het hangt er natuurlijk ook van af wat je zoekt. Als je een cultuurreis wil maken, ga dan niet naar de Canarische eilanden…”
(Frederik Jaques)
Reis rond de wereld - 2016
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier