OPEN BOEKJE (5) ‘Laat mij droef en treurig wezen’ van Eric Defoort

Redactie KW

Elke week duiken we in de bibliotheek om er een boek van een West-Vlaamse auteur van onder het stof of van op het schap te halen. Van de week is dat een oorlogsboek. Van historicus Eric Defoort over zijn familie. Voor, tijdens en na de Eerste Wereldoorlog…

De titel laat het al vermoeden en voor wie dan nog twijfelt, brengt de ondertitel van het boek zekerheid. Eric Defoort schreef met ‘Laat mij droef en treurig wezen. Familienotities over de zinloosheid van de Groote Oorlog’ geen oorlogsboek vol heroïek.

Oorlogsmonumenten

“In oorlogen sneuvelen soldaten. Dat is gebruikelijk”, begint Eric Defoort zijn familienotities. “De overlevenden roepen ze uit tot helden. Dat is gebruikelijk. In kreten op oorlogsmonumenten dicht men de gesneuvelden allerlei intenties toe. Ook dat is gebruikelijk. Bloed, stront, verstikkend gas, uiteengereten lichamen, doodsangst, lijkenvretende ratten, dat alles wordt uitgegomd. Rest alleen een veld van eer waarop soldatenhelden hun leven gaven voor vrijheid, vorst, recht, democratie…en bovenal voor het vaderland. Hun leven werd natuurlijk in de meeste gevallen gestolen. ‘Gestelde lichamen’ organiseren een jaarlijkse terugkerende plechtigheid tijdens welke ze de leugen consacreren. (…) Talloze oorlogsslachtoffers zijn nooit op enig veld van eer gesignaleerd. Voor hen zijn er geen monumenten. Het zijn de vrouwen, mannen, moeders, vaders, broers, zussen, lieven, echtgenoten die hun hele leven lang sterven aan de Groote Oorlog. Ik kom ze in mijn eigenste familie tegen.”

Koffer

Op zijn jongenskamer in Ieper, zo vertelt Eric Defoort, – we zijn dan in de jaren vijftig van vorige eeuw – stond een koffer die de jonge Eric had geërfd van zijn tante Flavie. De koffer bevat naast een pak oude kranten en magazines een honderdtal notarisakten, kopieën van zakelijke briefwisseling, schoolschriftjes , zakagenda’s, fotonegatieven… voor de jonge Eric Defoort biedt de koffer voldoende materiaal om er een van zijn ‘vroegste historische sensaties’ te beleven.

Het is aan de hand van die koffer – die met zijn tante Flavie zelfs ooit naar Amerika meereisde én met een ontgoochelde tante ook weer terugkeerde naar de Westhoek – dat historicus Eric Defoort de lotgevallen van zijn familie voor, tijdens en na de Eerste Wereldoorlog schetst. Hij doet dat meer als historicus dan als verteller en dat maakt het lezen niet altijd even gemakkelijk. Het vergt wat concentratie om de vele familieverbanden van overgrootouders, ooms en tantes te volgen. Maar de inspanningen lonen. Want meer dan historische werken dat kunnen, biedt de reconstructie van Eric Defoorts familiegeschiedenis een inkijk in de concrete drama’s die zo’n wereldoorlog veroorzaakte en hoe ze tot lang na de oorlog pijnlijk blijven nazinderen.

Le Lion Belge in Oostvleteren

De voorouders van Eric Defoort baatten in Oostvleteren Le Lion Belge uit, dat was een combinatie van handelshuis-hoeve en herberg. Tot voor de oorlog een welvarende zaak. Een bekende stopplaats voor voermannen – de zaak heette ooit De Barrière, verwijzend naar tolrechten die er werden geheven -, een rustplaats voor de passagiers van de diligences tussen Ieper en Veurne. Notarissen organiseerden er hun openbare verkopen. Het gezin telt drie kinderen, onder wie de grootmoeder van Eric Defoort. De auteur vertelt onder meer over de voorzichtige Vlaamse ontvoogdingsstrijd aan het college van Poperinge, waar de broer van zijn grootmoeder, Eric succesvol studeert en na zijn humanioria beslist om in Leuven doktersstudies aan te vatten. We zijn dan al 1906. Vier jaar later neemt Eric dienst in de Universitaire Compagnie, een legercompagnie die het mogelijk maakt dat hij zijn doctoraatsstudie geneeskunde kan verderzetten tijdens zijn legerdienst. In 1912 studeert hij af, maar keert niet terug naar Oostvleteren. Hij gaat meteen naar… Izegem, waar hij in de Nederweg een artsenpraktijk begint. Dat is niet naar de zin van zijn vader, die de onafhankelijkheid van zijn zoon maar matig waardeert en al helemaal niet is opgezet met het almaar afwijzen van huwelijkspartners die de vader voorstelt en waarmee de man zijn handelsnetwerk zou kunnen uitbreiden. De jonge dokter Eric kiest uiteindelijk voor een Izegemse landbouwersdochter Irma.

Melkmarkt in Izegem

In zijn familiereconstructie laat Eric Defoort al vrij vlug merken dat de jonge dokter niet lang in Izegem zal blijven. Op het oorlogsgedenkteken op de Melkmarkt in Izegem vinden we immers zijn naam bij de ‘helden’. De jonge dokter wordt drie maanden nadat hij uit Izegem naar het front is vertrokken, op vreselijke wijze getroffen door een ontploffende obus, terwijl slachtoffers aan het verzorgen is in de loopgraven. Hij vervangt er een andere dokter, die door angst is gegrepen en niet langer dienst kan doen in de loopgraven. In welke omstandigheden de jonge dokter er om het leven is gekomen, heeft Eric Defoort met de nauwgezetheid en het geduld van een historicus opgezocht en gereconstrueerd. En telkens laat Eric Defoort niet na om een sneer te geven naar zij die van de oorlog achteraf een heroïek gebeuren maken.

‘Laat mij droef en treurig wezen’ vertelt op een beklijvende wijze hoe oorlog levens heeft verwoest en niet alleen aan het front. En het heeft te denken over al die andere conflicten, elders in de wereld, hoe die, ook jaren na vredesakkoorden, nog tragisch en onderhuids voortwoekeren in levens, families en samenlevingen.

‘Laat mij droef en treurig wezen. Familienotities over de zinloosheid van de Groote Oorlog’ van Eric Defoort is uitgegeven bij Uitgeverij Van Haelewyck. Het boek telt 128 pagina’s en kost 16 euro.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier