Raymond van het Groenewoud: “Ik wil aanwezig zijn in wat ik doe”

Tom Gheeraert
Tom Gheeraert Medewerker KW

‘Meisjes’, de baanbrekende song waarmee Raymond van het Groenewoud – woonachtig in Brugge – zichzelf tot de kopgroep van de Vlaamse rock’-n-roll katapulteerde, mag dit jaar 40 kaarsjes uitblazen! Dat is meer dan een feestje waard. Samen met zijn trouwe bandleden Mich Verbelen, Cesar Janssens, Bram Weijters en zoon Leander neemt Raymond Festival Dranouter om 20 uur mee op een rollercoaster langs zijn nieuw werk en vele klassiekers. Samen met ons blikt hij vooruit.

Het is een breed grijnzende Raymond die me omstreeks 18 uur verwelkomd in zijn trailer op Festival Dranouter. Hij oogt ontspannen. Festival Dranouter lijkt me een festival op maat gesneden voor Raymond van het Groenewoud, maar blijkbaar is het pas de tweede keer dat hij hier optreedt. “De vorige keer was ergens rond 2001, toch ook al een tijdje geleden. Ik heb intussen wel al twee keer Dranouter aan Zee gedaan. De vorige keer dat we op het folkfestival speelde was samen met Jean Blaute, Mich en de drummer van toen en nu nog altijd. Ik herinner me dat Axelle Red ook op de affiche stond en dat de tent zeer vol stond. Nu hebben we eigenlijk een beetje hetzelfde probleem als toen. We hebben een zodanig groot repertoire, dat we dan ineens beseffen: oei, we hebben maar efkes tijd. Allez, een uurtje is naar onze begrippen maar efkes. Dan moeten we nadenken over wat we er allemaal zullen uit gooien.” (lacht, red.)

Was het vandaag moeilijk om een setlist te maken?

“Dat is niet zo moeilijk. Dat is gewoon schrappen. We toeren nu wel met ’40 jaar Meisjes’ en dat speelt wel een rol in de set, maar we gaan natuurlijk wel ruimer vanavond.

Jullie doen ook een speciale stunt met veertig ‘meisjes’ op het podium?

“Jaja, hopelijk wordt dat niet te chaotisch of te langzaam, het mag vooruit gaan voor mij. Maar we hebben al een beetje ervaring. Ik zou ze ontmoeten voor het optreden begint. Dan hoop ik dat ik het goed uitgelegd krijg, wat eigenlijk in theorie al uitgelegd zou moeten zijn.” (grijnst, red.) “Ik zie dat jij ook linkshandig bent.”

Raymond van het Groenewoud:

Inderdaad, maar alleen om te schrijven. Al de rest, bijvoorbeeld voetballen, doe ik met rechts.

“Ahja. Dat is moeilijk. Ik ben helemaal links, behalve voor de gitaar. Want ik was te lui om te zoeken naar een linkshandige gitaar, dus zit ik met de problemen van iemand die tegen zijn hand speelt.”

Zal er kunnen gefeest worden tijdens je optreden, of wordt het eerder een ingetogen set?

“Ik wissel een beetje af, ik heb dat altijd gedaan. Onlangs kwam ik wel iets vreemd tegen. Een dame had ons aangekondigd met: ‘nu gaan we eens lekker feesten met Raymond van het Groenewoud’ en dan begon ik met een weemoedig nummer. Maar het publiek dat mij kent weet wat het mag verwachten, en ze accepteert dat ook.”

Als ik je nummer ‘Bierfeesten’ hoor, moet ik altijd aan Festival Dranouter denken.

“Ah nee, eigenlijk is dat een triestig nummer en dateert nog uit een periode dat ik nog niet breed geaccepteerd was, om het braaf te zeggen. Door verkeerde programmatie kwam ik toen soms op een dorpsfeest terecht waar het publiek weinig had aan wat we deden. Ik was op mijn gevoelig zieltje getrapt doordat ik iedereen zag zat worden, zonder meer, en er niet bepaald veel aandacht was voor mijn smartelijke liederen.” (lacht, red.) “Of mijn feestnummers, zelfs dat niet. Nu vind ik het wel leuk als het publiek kan meesurfen op de reis tussen feest en weemoedigheid. Dat is geen eis, maar het is wel leuk als dat gebeurt. En in mijn leven is het al vaak genoeg gebeurt om erin te blijven geloven dat het kan.”

Je treedt op om 20 uur. Ga je nog andere artiesten bekijken?

“Nee, ik ben te serieus. Ik ben zodanig bezig met hoe het optreden moet zijn, dat ik me vooraf afzijdig hou, en achteraf heb ik het gehad.”

Raymond van het Groenewoud:

Heb je dan nog steeds zenuwen voor een optreden?

“Neenee, het zijn geen zenuwen. Het is concentratie en energie. En allebei zijn op achteraf. Al is er dan wel ontlading.”

Ben je dan iemand die zichzelf volledig leegspeelt?

“Mja. Het is eerder focus. Het is misschien iets te romantisch geformuleerd, maar het is iets in de zin van: stel dat het de laatste keer is dat ik in volle gezondheid mijn ding kan doen, dan moet ik die kans niet verknallen door afwezig te zijn. Ik wil aanwezig in wat ik doe. Dat moet je een beetje in je kop hebben.”

(TOGH)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier