Elke Pattyn : “Op de koer proeven van de vrijheid… en m’n eerste breezer”

Frederic Vansteenkiste
Frederic Vansteenkiste Medewerker KW

Eens West-Vlaming, altijd West-Vlaming. En dus beschouwen we ook mensen die al meer dan 10 jaar in Antwerpen wonen nog altijd als ‘een van ons’. Elke Pattyn, journaliste voor vtmnieuws, is zo iemand. We blikken met haar terug op haar jeugd in het midden van de provincie.

Je woont in Antwerpen, maar hebt wel West-Vlaamse roots, juist?

“Ja, ik ben er geboren. Al woon ik intussen al elf jaar in Antwerpen, ik zie mezelf nog altijd zo. M’n hele familie woont ook nog altijd in Lendelede, ik ben de enige die verhuisd is. Ik spreek ook vloeiend West-Vlaams, zelfs met streekgenoten op de redactie van vtmnieuws. Dan vind ik het bijzonder boeiend om de typische zegswijzen en uitdrukkingen te gebruiken. ‘t Is ol gin oar snien’ bijvoorbeeld’, met zoals mijn grootvader altijd aanvulde: ‘t is ol die bek’n legn’

Wat vind je de grote troef van West-Vlaanderen?

“De bescheidenheid van de mensen en hun absolute no-nonsense houding. Veel West-Vlamingen houden niet van praatjes en tierlantijnen. Je moet ze vaak expliciet naar hun mening vragen (ze zullen ze nooit opdringen), maar dan weet je vaak meteen waar je aan toe bent. Heerlijk.”

Heb je er een favoriete plek?

“Mijn favoriete plek is nog altijd de ‘koer’ van de oude gemeenteschool in mijn geboortedorp, waar de lokalen van de meisjeschiro zijn, en die van jeugdhuis Skalul. Ik heb er zulke goede herinneringen aan omdat ik als puber veilig in een meisjesgroep kon proeven van de vrijheid. En van m’n eerste breezer (lacht).”